ORDE DER ARTSEN - 04.04.2019

Orde bevestigt: geen voorlegplicht meer

De nieuwe Code bevat geen voorlegverplichting voor (associatie)contracten meer. Toch bleven er prov. raden dit eisen. Lost een advies van de Nat. Raad dit op?

Verplichting staat niet meer in nieuwe Code. Zoals u weet, heeft de Orde der Artsen op 3 mei 2018 een nieuwe Code boven de doopvont gehouden. Die bevat niet langer de verplichting om schriftelijke overeenkomsten tussen artsen voorafgaandelijk ter controle voor te leggen aan en te laten goedkeuren door de contractencommissie van de prov. raad.

Dus is ze ook geschrapt? Vermits de oude Code de verplichting expliciet voorschreef en de nieuwe haar niet meer vermeldt, leek dat de enige mogelijke conclusie. Sommige prov. raden waren daar blijkbaar minder van overtuigd, want zij bleven het nog eisen; meer nog, ze bleven de contracten zelfs nog toetsen aan de regels uit de oude Code.

Ja, zo bevestigt de Nat. Raad. In een recent advies zegt die dat er geen goedkeuring van een (samenwerkings)contract meer vereist is; het gaat om een ‘volledige afschaffing’ . Een arts kan het contract wel nog uit vrije wil voorleggen, maar wie niks voorlegt, begaat daardoor geen ‘deontologische fout’ (advies a164006 van 16.03.2019) . Tip.  Bevat het contract zelf nog een clausule om aanpassingen voor te leggen, laat die dan schrappen. Legt u dit nog een laatste keer voor, dan kan de prov. raad zich er, gelet op het advies van de Nat. Raad, toch niet tegen verzetten.

Dus alle contracten deontologisch oké? Er blijven nog steeds deontologische voorschriften inzake samenwerkingen bestaan; meer nog, ze zijn zelfs amper veranderd of versoepeld, het enige verschil is dat ze nu niet meer in de Code zelf staan, maar wel in een leidraad van de Nat. Raad (advies a162005 van 15.09.2018) . Let op!  Ook de oude adviezen van de Nat. Raad blijven strikt genomen nog gelden, tenzij ze in strijd zouden zijn met de nieuwe Code en/of de nieuwe leidraad.

Neen, dat is niet per se het geval. Ook al moet een contract niet meer vooraf goedgekeurd worden, de prov. raad kan het wél later nog (in geval van een conflict dat haar voorgelegd wordt) als deontologisch niet correct beoordelen... en daarvoor sanctioneren. Goed om te weten.  Als het contract uit vrije wil vooraf voorgelegd zou worden (bv. door een collega), is het advies van de contractencommissie daarentegen niet bindend.

De Nat. Raad stelt dat er in geen geval nog een voorafgaande goedkeuring vereist is. Eist uw prov. raad dit toch, dan kunt u weigeren. Legt een collega het contract vrijwillig voor, dan is het advies dat volgt niet bindend.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878