De erfbelastingvrije gezinswoning… als u iets doet!
Het erfrecht
Even opfrissen. Als de erflater (klein)kinderen achterlaat, dan erft de langstlevende echtgenoot het vruchtgebruik van de hele nalatenschap. Voor wie gehuwd was onder het wettelijke stelsel, betekent dit dat de langstlevende de helft van de gemeenschap in vruchtgebruik krijgt (de andere helft is sowieso van de langstlevende zelf) en daarnaast ook het vruchtgebruik op de eigen goederen van de overledene. Bent u gehuwd met scheiding van goederen, dan krijgt de langstlevende het vruchtgebruik op het vermogen van de eerststervende.
Gezinswoning. In de meeste gevallen zit de gezinswoning in de huwgemeenschap of 50%/50% in onverdeeldheid (scheiding van goederen). De helft van de gezinswoning zal dus naar de kinderen gaan in blote eigendom en in vruchtgebruik naar de echtgenoot. Was de gezinswoning een eigen goed van de overleden echtgenoot (bv. geërfd), dan krijgt de langstlevende het vruchtgebruik op deze woning en de kinderen de blote eigendom.
Vrijstelling gezinswoning
Vrijstelling. In de drie gewesten is er een vrijstelling van erfbelasting van de ‘gezinswoning’ voor de langstlevende echtgenoot. Concreet betekent dit dat het om de woning moet gaan waar u en uw partner een gezamenlijke woonplaats hadden.
Concreet voorbeeld. Stel, vader overlijdt en de gezinswoning met een waarde van € 600.000 zat in de huwgemeenschap. De helft van het huis (€ 300.000) valt dan in zijn nalatenschap, waarbij het vruchtgebruik naar zijn echtgenote gaat en de blote eigendom naar de kinderen. Enkel het vruchtgebruik van de langstlevende echtgenoot is dan vrijgesteld, de blote eigendom van de kinderen niet. In de praktijk stelt die vrijstelling vaak weinig voor, want als moeder bv. 80 jaar is, is haar vruchtgebruik maar 8% waard. De vrijstelling bedraagt dan € 24.000 (8% van € 300.000). De blote eigendom, die 92% waard is (€ 276.000), wordt wel belast bij de kinderen en die erfbelasting loopt op tot 27% (Vlaanderen) of 30% (Brussel en Wallonië). Als de gezinswoning een zgn. eigen goed was van de overleden echtgenoot, dan is de fiscale factuur nog een pak zwaarder. Let wel, de waarde van het vruchtgebruik hangt samen met de leeftijd van de langstlevende. Zelfs bij een jonge weduwe van bv. 60 jaar is het vruchtgebruik en dus de vrijstelling echter maar 38%.
100% voor langstlevende. Vanuit praktische overwegingen én vooral omwille van fiscale redenen is het aangewezen dat de langstlevende 100% erft van de gezinswoning. Maar hoe doet u dat dan?
Hoe eenvoudig oplossen?
Twee testamenten. Een eenvoudige oplossing is dat beide echtgenoten elk afzonderlijk een testament opmaken waarin ze bv. gewoon bepalen dat de gezinswoning in volle eigendom naar de andere echtgenoot gaat en voor de rest het wettelijk erfrecht van toepassing is. Dat kan via een notarieel of eigenhandig testament (eigenhandig geschreven, gedagtekend en ondertekend).
Keuzebeding. Als het huis in een huwelijksgemeenschap zit en u een keuzebeding heeft, hoeft u (voorlopig) niets te doen. Bij het eerste overlijden moet de langstlevende dan gewoon de keuze maken dat hij of zij de gezinswoning 100% in volle eigendom wil. Wie nog geen keuzebeding heeft terwijl het huis in de gemeenschap zit, kan gewoon een keuzebeding toevoegen via een notariële akte (± € 600). Heeft u scheiding van goederen, dan kunt u via één notariële akte het huis in een zgn. beperkte gemeenschap of TIGV steken met een keuzebeding eraan gekoppeld (± € 1.200).