E-COMMERCE - 01.06.2021

Nieuwe btw-regels voor e-commerce vanaf 1 juli 2021

De nieuwe b2c-btw-regels voor e-commerce beogen de administratieve lasten en kosten voor e-commercespelers te verminderen. Daarnaast is het de bedoeling een gelijk speelveld te creëren voor EU- en niet-EU-ondernemingen. Omdat de verkoper bijna altijd btw van het land van de koper zal moeten aanrekenen, zullen de nieuwe regels sneller tot btw-verplichtingen in het buitenland leiden. Europa heeft echter in een aantal vereenvoudigingsmechanismes voorzien. Wat moet u daarover zoal weten?

Afschaffing drempels

‘Afstandsverkopen’ zijn verkopen van goederen aan b2c-klanten (particulieren en bepaalde rechtspersonen die geen intracommunautaire verwerving moeten aangeven in hun EU-lidstaat) die door of voor rekening van de verkoper grensoverschrijdend binnen de EU verzonden worden (art. 5bis Uitvoeringsverordening nr. 282/2011) . Tot op heden kunnen deze intracommunautaire afstandsverkopen onderworpen blijven aan de btw van de EU-lidstaat van de verkoper, zolang de omzet van de verkoper in de EU-lidstaat van de koper een bepaalde drempel (bv. € 35.000 in België) niet overschrijdt (art. 14, §2 W.Btw; art. 15, §1 W.Btw) . Deze drempels worden nu vervangen door een nieuwe uniforme drempel. Indien de intracommunautaire omzet uit afstandsverkopen (en telecom-, omroep- en elektronische diensten) de jaarlijkse drempel van € 10.000 overschrijdt, moet de verkoper onmiddellijk de btw van de lidstaat van de b2c-klant aanrekenen (nieuw art. 15, §1 W.Btw) .

Vereenvoudiging intra-EU-verkopen

De verkoper kan voortaan alle compliance verrichten via de OSS-aangifte (‘One Stop Shop’ of ‘éénloketsysteem’). De verkoper heeft dus geen lokaal btw-nummer meer nodig in elke afzonderlijke EU-lidstaat waarin hij verkoopt. Er is nog enkel een btw-nummer nodig in de EU-lidstaat waar de verkoper gevestigd is en in de EU-lidstaten waar hij een voorraad aanhoudt. Ook niet in de EU gevestigde verkopers kunnen hiervan gebruikmaken.

Eenmaal u voor de toepassing van de OSS kiest, moeten alle intracommunautaire afstandsverkopen in EU-lidstaten waar het bedrijf geen voorraad heeft via de OSS gebeuren. Het gebruik van de OSS is echter niet verplicht. U kunt er nog steeds voor opteren om alles via lokale btw-nummers en btw-aangiften af te handelen.

Afstandsverkopen met invoer

Naast een aanpassing van de regels voor intra-EU-afstandsverkopen, is er ook een nieuw stelsel voorzien voor afstandsverkopen van goederen afkomstig uit derde landen, die de verkoper moet invoeren vooraleer ze aan de EU-b2c-klant te leveren (nieuw art. 1, §20 W.Btw) .

Tot op heden moet u daarvoor de normale invoerprocedure hanteren. Ofwel voert de verkoper op zijn naam in, en verricht daarna een intracommunautaire afstandsverkoop, wat lokale btw-nummers en btw-compliance vereist om de invoer-btw en de btw in de EU-lidstaat van de klant te voldoen, ofwel verhaalt de bezorger de over de invoer verschuldigde btw (en douaneheffingen) op de particuliere klant.

Vanaf 1 juli 2021 kunnen invoeren en daaropvolgende verkopen aan b2c-klanten van goederen met een intrinsieke waarde van maximaal € 150 (nieuw art. 58quinquies, §1 W.Btw) via twee vereenvoudigde btw-regimes afgehandeld worden.

  • Via de Import One Stop Shop (IOSS):

De btw van de EU-lidstaat aan het einde van de verzending, dus doorgaans deze waar de b2c-klant gevestigd is, is dan over deze afstandsverkoop verschuldigd (nieuw art. 15, §1 W.Btw) . Deze btw wordt via de IOSS gerapporteerd en betaald. De invoer van deze goederen is vrijgesteld van btw (nieuw art. 40, §1, 1°bis W.Btw; art. 143, lid 1, c bis Btw-richtlijn) en de douaneprocedures zijn vereenvoudigd. Daartoe is wel vereist dat het IOSS-nummer van de verkoper aan de douaneautoriteiten meegedeeld wordt. De verkoper moet zich dus voorafgaand op de IOSS geregistreerd hebben.

  • Via een speciale tussenpersoon:

Als de goederen ingevoerd worden in de EU-lidstaat waar de uiteindelijke koper gevestigd is, dan kan een tweede vereenvoudiging toegepast worden. Deze bestaat erin dat een tussenpersoon, in de praktijk een koerierbedrijf of postdienst, de invoerformaliteiten verricht en de btw betaalt voor rekening van de koper (nieuw art. 58sexies W.Btw; mvt 79-81 parl. st. Kamer, 2020-21, nr. 55-1820/001) . Zodoende moet de verkoper niet over een lokaal btw-nummer beschikken.

Natuurlijk kunt u in de bovenstaande gevallen ook nog steeds de gewone (tot op heden enige) invoerregeling toepassen (art. 6 KB nr. 7; art. 14, §2 W.Btw) . Dit blijft trouwens verplicht, indien u niet aan de voorwaarden voldoet om bovengenoemde ‘vereenvoudigde’ invoerregelingen toe te passen, bv. indien de intrinsieke waarde van de ingevoerde goederen meer dan € 150 bedraagt.

Schrapping vrijstelling invoer van max. € 22

Naast de invoering van de vereenvoudigde invoerprocedures voor goederen met een waarde van maximaal € 150, verdwijnt de btw-vrijstelling voor zendingen van maximaal € 22 (art. 18 KB nr. 7) . Dit moet oneerlijke concurrentie van buiten de EU tegengaan.

Tussenkomende marktplaatsen

Ook voor elektronische marktplaatsen die de verkoop faciliteren en voor verkopers die via deze marktplaatsen verkopen, verandert er veel, tenminste indien in het kader van deze onlineverkopen (i) goederen van minder dan € 150 afkomstig zijn van buiten de EU en dus ingevoerd worden, waarbij het niet uitmaakt waar de verkoper gevestigd is; of (ii) de verkoper niet in de EU gevestigd is, waarbij het niet uitmaakt of de goederen afkomstig zijn van een opslagplaats binnen of buiten de EU, en welke waarde zij hebben.

In beide gevallen worden de operatoren van elektronische verkoopplatformen bij fictie geacht de goederen zelf gekocht te hebben van de verkoper en vervolgens verkocht te hebben aan de klant. Dit is zowel van toepassing op elektronische interfaces gevestigd binnen als buiten de EU, die verplicht btw zullen moeten voldoen in het land van de klant. Hiervoor kunnen ze wel gebruikmaken van de OSS en de IOSS, waardoor ze maar in één enkele EU-lidstaat aangifte moeten doen (nieuw art. 13bis W.Btw; art. 5ter Uitvoeringsverordening nr. 282/2011; mvt 32-37 nr. 55-1820/001) .

Uitbreiding MOSS-regeling diensten

Sinds 2015 bestaat er al een Mini OSS (‘MOSS’), voor de zgn. b2c-‘TBE’-diensten (omroep-, telecommunicatie- en elektronische diensten, zijnde grotendeels geautomatiseerd verleende diensten zonder of met gering menselijk ingrijpen). Deze diensten zijn onderworpen aan de btw in de EU-lidstaat waar de b2c-klant woont (art. 21bis, §2, 9°, lid 1 W.Btw) . Om de lokale btw te voldoen zonder lokaal btw-nummer en btw-aangiften, kunt u nu al een beroep doen op een MOSS-regeling. Voortaan zal de OSS-regeling, die in de plaats komt van de MOSS, ook gebruikt kunnen worden voor de aangifte van de btw die verschuldigd is op andere b2c-diensten, die volgens de btw-plaatsbepalingsregels in de EU-lidstaat van de b2c-klant te situeren zijn, bv. de verhuur van vervoermiddelen, diensten m.b.t onroerende goederen, events, ... (nieuw art. 58quater en art. 58ter W.Btw) .

Aanpassing boekhoudingssysteem

Sinds 1 april 2021 kunt u zich in België voor de (I)OSS laten pre-registreren. Let wel, die nieuwe ‘vereenvoudigingsmaatregelen’ kunnen mogelijk bijkomende boekhoudkundige verplichtingen en complexiteiten creëren. Zo zal in vele gevallen het ERP-systeem aangepast moeten worden om de juiste plaats van levering te bepalen, de correcte lokale btw-tarieven toe te passen, rekening te houden met de verschillende valuta’s, enz.

Gewijzigde facturatieregels

Ondernemingen die gebruikmaken van de OSS voor de aangifte van hun afstandsverkopen of (elektronische) diensten, moeten voortaan geen rekening meer houden met de facturatieregels van de EU-lidstaat van de klant. In de plaats daarvan zullen voortaan de regels gelden van de EU-lidstaat van identificatie.

Inwerkingtreding

De initieel voor 1 januari 2021 geplande inwerkingtreding werd uitgesteld tot 1 juli 2021. België heeft de door Europa bepaalde regels reeds in nationale btw-wetgeving omgezet (wet van 02.04.2021 tot wijziging van het W.Btw; BS 13.04.2021) . Het zal nog moeten blijken of alle EU-lidstaten tijdig klaar zullen zijn.

  • Zodra uw omzet uit intracommunautaire b2c-afstandsverkopen € 10.000 per jaar overschrijdt, moet u vanaf 1 juli 2021 de btw van de EU-lidstaat van de b2c-klant aanrekenen.
  • U kunt wel alle compliance verrichten via de OSS-aangifte, waardoor er geen lokaal btw-nummer meer nodig is, behalve in de EU-lidstaat waar het bedrijf gevestigd is en in de EU-lidstaten waar het een voorraad aanhoudt.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878