LOONKOSTEN - 01.06.2021

Vakantiegeld voor bedienden: berekening

Veel bedrijven betalen in juni het vakantiegeld voor de bedienden. Waarop moet u vakantiegeld berekenen en waarop niet? Wat gebeurt er met het vakantiegeld bij een wijziging in de arbeidsovereenkomst, bij langdurige ziekte en bij tijdskrediet of bij thematisch verlof?

Waaruit bestaat het vakantiegeld?

Het enkel vakantiegeld is eigenlijk het loon voor de wettelijke vakantiedagen. Wie in 2020 tijdens het volledige jaar voltijds in een vijfdaagse werkweek gewerkt heeft, heeft recht op 20 wettelijke verlofdagen in 2021. Ook gedurende de maanden waarin die wettelijke verlofdagen opgenomen worden, wordt het volledige maandloon gewoon doorbetaald. De opbouw van het recht op enkel vakantiegeld gebeurt tijdens het jaar voordien (het vakantiedienstjaar genoemd, terwijl het jaar waarin u de vakantie opneemt, het vakantiejaar genoemd wordt).

Indien een werknemer werkloos was gedurende een bepaalde periode in het vakantiedienstjaar, dan zal hij voor die periode geen recht op vakantie opbouwen. Een schoolverlater die pas in september begint te werken, zal slechts recht hebben op 4/12 van het volledige enkel vakantiegeld. Voor schoolverlaters geldt er wel nog bijkomend dat ze recht hebben om het deel van het recht op vakantie dat ze opgebouwd hebben aan te vullen met jeugdvakantie totdat ze toch aan het recht op vier weken vakantie komen, indien ze op 31 december van het vakantiedienstjaar nog geen 25 jaar zijn en hun diploma gehaald hebben tijdens het vakantiedienstjaar.

Het dubbele vakantiegeld is een toeslag om vakantie-uitgaven te dekken. Het bedrag stemt overeen met 92% van het brutomaandloon.

Waarop vakantiegeld betalen?

Het dubbele vakantiegeld wordt berekend op basis van het brutoloon van de maand waarin de hoofdvakantie ingaat. In de praktijk wordt er daarbij rekening gehouden met het brutoloon van de maand waarin dit dubbele vakantiegeld uitbetaald wordt.

Voor bedienden met een volledig of gedeeltelijk variabel loon, berekent u het vakantiegeld op basis van het dagelijkse gemiddelde van het loon dat verdiend werd in de referteperiode: 12 maanden voorafgaand aan de hoofdvakantiemaand. Op dit variabele loon is ook enkel vakantiegeld verschuldigd. Het enkel vakantiegeld bedraagt 8% op het bruto variabele loon; het dubbele vakantiegeld komt op 7,67%.

Variabele premies waarvan de toekenning afhankelijk is van de evaluatie van de prestaties, van het resultaat van de onderneming of van een deel van de onderneming of andere criteria die de uitbetaling ervan een onzeker en veranderlijk karakter geven, moeten ook als variabel loon beschouwd worden waarop vakantiegeld (enkel en dubbel) berekend moet worden. Voorbeelden van een dergelijk variabel loon zijn commissielonen, premies, bonussen, winstdelingen, structurele overuren, …

De voordelen in natura zijn een onderdeel van het brutoloon van de werknemer en moeten dus in aanmerking genomen worden voor de berekening van het vakantiegeld. Het gaat hier bv. om het voordeel in natura dat voortvloeit uit het privégebruik van een gsm of laptop. Op het voordeel in natura voor het privégebruik van de bedrijfswagen moet geen vakantiegeld berekend worden.

Het gedeelte van de bezoldiging dat niet aan de gewone RSZ-bijdragen onderworpen is, maakt geen deel uit van de berekeningsbasis voor het vakantiegeld. Onkostenvergoedingen bv., die louter een terugbetaling inhouden van kosten gemaakt door de werknemer in het kader van zijn arbeidsovereenkomst, worden niet beschouwd als loon. Hierop is er dus geen vakantiegeld verschuldigd. Ook de werkgeversbijdrage in een groepsverzekering en in de maaltijdcheques zijn uitgesloten van de gewone RSZ-bijdragen en worden dus niet meegenomen in de berekeningsbasis voor de berekening van het vakantiegeld. Op de eindejaarspremie moet u ook geen vakantiegeld betalen.

Wijzigingen van uurrooster

Stel dat een collega in 2020 het hele jaar voltijds gewerkt heeft. Vanaf april 2021 vraagt hij echter om slechts 50% te werken, hetzij 19 uur per week. Hij werkt vanaf april dan gedurende vijf halve dagen per week. Hij blijft nog steeds recht hebben op vier weken vakantie. Wanneer hij die opneemt, zullen die vakantiedagen slechts uitbetaald worden aan 19 uur per week of aan 50%. Hij heeft zijn vakantierecht echter opgebouwd aan 38 uur per week of 100% tewerkstelling. Wat hij niet heeft kunnen opnemen, zal hem aan het einde van het jaar, bij de decemberafrekening, uitbetaald worden samen met het loon van de maand december.

Indien dezelfde werknemer in 2022 weer voltijds gaat werken, zal hij slechts recht hebben op 1/4 van 20 dagen vakantie voor januari, februari en maart (voltijds gewerkt) plus 3/4 van de 50% van 20 dagen voor de maanden vanaf april waarin hij 50% gewerkt heeft. In totaal zal hij dus recht hebben op 12,5 dagen wettelijke vakantie. Zijn dubbel vakantiegeld zal wel berekend worden op basis van 92% van het voltijds brutomaandloon dat hij in mei 2022 verdient, maar hierop zal dezelfde correctie toegepast worden als voor het enkel vakantiegeld, op basis van zijn tewerkstelling in 2021.

Langdurige ziekte

Indien een collega langdurig ziek is, zal het niet altijd mogelijk zijn om de volledige wettelijke vakantie op te nemen vóór het einde van het kalenderjaar. Aangezien wettelijke vakantiedagen opgenomen moeten worden per kalenderjaar en in geen geval overgedragen mogen worden, moet u de vakantiedagen uitbetalen die de werknemer omwille van zijn ziekte niet heeft kunnen opnemen vóór het einde van het kalenderjaar. Het enkel vakantiegeld (het loon voor deze niet-opgenomen dagen) berekent u op basis van het brutoloon van de maand december. Het wordt ook uitbetaald in december. Meestal zal de langdurig zieke werknemer, mocht hij vorig jaar wel gewerkt hebben en dus een recht gehad hebben op dubbel vakantiegeld, dit al uitbetaald gekregen hebben in de maand mei of juni.

Er zijn geen RSZ-bijdragen verschuldigd voor het loon van de openstaande wettelijke vakantiedagen die uitbetaald worden aan langdurig zieke werknemers in de maand december. Het bedrag van dit enkel vakantiegeld wordt niet vermeld in de DmfA-aangifte. Bovendien zullen op dit vakantiegeld, voor wat de bedrijfsvoorheffing betreft, in principe de normale schalen en percentages van bedrijfsvoorheffing van toepassing zijn, als deze decemberafrekening betaald wordt samen met het loon van de maand december. Gebeurt de uitbetaling op een ander tijdstip en dus los van het loon van de maand december, dan zijn de regels van toepassing voor de bedrijfsvoorheffing van exceptionele vergoedingen.

Tijdskrediet of thematisch verlof

Indien een arbeidsovereenkomst volledig geschorst wordt omwille van een vorm van tijdskrediet, moet u aan de werknemer op het ogenblik van de volledige schorsing vertrekvakantiegeld uitbetalen, alsof hij uit dienst zou gaan. Dat is niet het geval indien een werknemer in volledige schorsing gaat omwille van een thematisch verlof zoals bv. ouderschapsverlof. Bij een vermindering van de prestaties omwille van een tijdskrediet of een thematisch verlof, worden dezelfde regels gevolgd als bij een vermindering van arbeidsduur, zoals hierboven beschreven. De werknemer zal dus in het jaar waarin het deeltijds tijdskrediet of thematisch verlof genomen wordt, enkel en dubbel vakantiegeld ontvangen op basis van de verminderde prestaties. Het deel van het vakantiegeld dat hij opgebouwd had tijdens het jaar voordien op basis van een voltijdse tewerkstelling, zal dan in de vorm van de decemberafrekening nog bijbetaald worden in december.

Fiscale en parafiscale behandeling

Op het enkel vakantiegeld zijn de normale werkgevers- en werknemers-RSZ-bijdragen verschuldigd. De normale schalen en percentages van de bedrijfsvoorheffing zijn van toepassing.

Op het dubbele vakantiegeld zijn geen werkgevers- RSZ-bijdragen verschuldigd. Wel is een bijzondere werknemersbijdrage te betalen die overeenstemt met het percentage van de gewone persoonlijke bijdragen, namelijk 13,07%. Deze bijdrage moet echter slechts op 85/92 gestort worden. Er is immers geen bijzondere werknemersbijdrage verschuldigd op het gedeelte van het dubbele vakantiegeld dat overeenstemt met het loon vanaf de derde dag van de vierde vakantieweek. Voor de bedrijfsvoorheffing zijn de schalen en percentages van toepassing die gelden voor exceptionele vergoedingen, rekening houdend met de hoogte van het jaarloon van de bediende.

  • U moet ook vakantiegeld berekenen op variabel loon en voordelen in natura (behalve dat voor het privégebruik van de bedrijfswagen), maar niet op onkostenvergoedingen en op de werkgeversbijdrage in een groepsverzekering en in de maaltijdcheques.
  • Indien de arbeidsduur van een collega in de loop van het jaar en voor de uitbetaling van het dubbele vakantiegeld gewijzigd is, zal zowel zijn enkel als zijn dubbel vakantiegeld uitbetaald worden op basis van deze verminderde tewerkstelling. Indien de werknemer echter het jaar voordien voltijds gewerkt had, heeft hij een recht op meer vakantiegeld opgebouwd. Het verschil moet u hem uitbetalen in de decemberafrekening, samen met het loon van de maand december.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878