DIENSTEN - INTRACOMMUNAUTAIRE DIENSTEN - 09.08.2022

Diensten verricht voor een “vaste inrichting”: quid btw?

Welke btw-regels zijn van toepassing als u diensten verricht voor een buitenlandse onderneming met een vaste inrichting in België? Wat is dan de plaats waar de klant gevestigd is? Even kijken wat er van belang is.

Grensoverschrijdende dienstverrichtingen

Wat is dan de plaats van de dienst?

Belang van de plaats van de dienst. Kortweg, om te weten welke btw-regels er van toepassing zijn. Verricht u diensten in een grensoverschrijdende context, dan moet er immers eerst uitgemaakt worden waar die diensten plaatsvinden op het vlak van btw.

Dat is met de plaatsbepalingsregels? Inderdaad. Alleen via een correcte toepassing van deze plaatsbepalingsregels kunt u weten welke btw-regels van welke EU-lidstaat op de verrichte dienst van toepassing zijn. Vindt de dienstverrichting op basis van deze plaatsbepalingsregels plaats in België, dan is de dienst onderworpen aan Belgische btw en moet de Belgische btw-reglementering dus toegepast worden. Vindt de dienst op basis van deze plaatsbepalingsregels daarentegen plaats in een andere EU-lidstaat, dan mag u geen Belgische btw aanrekenen, maar vermeldt u, in een b2b-context, “btw verlegd” op de factuur of rekent u, in een b2c-context, desgevallend buitenlandse btw aan.

Wat is die algemene b2b-plaatsbepalingsregel?

De b2b-hoofdregel. Die kent u. Volgens deze hoofdregel vindt de dienst plaats daar waar de klant is gevestigd (art. 21, §2 W.Btw) .

Wel tal van uitzonderingen. Dat weet u ook intussen. Er gelden heel wat uitzonderingen op deze algemene regel (art. 21, §3 W.Btw) . Zo vindt een dienst die betrekking heeft op een onroerend goed altijd plaats daar waar het onroerend goed gelegen is. Daarnaast geldt voor restaurantdiensten als regel dat deze plaatsvinden daar waar de dienst materieel plaatsvindt en bij het huren van een auto op korte termijn vindt de dienst ook steeds plaats daar waar de auto u ter beschikking wordt gesteld.

Wat wordt er dan precies verstaan onder “de plaats waar de klant gevestigd is”?

Het b2b-plaatscriterium. De dienst vindt plaats daar waar de klant gevestigd is, maar net dat is ook niet altijd even duidelijk, integendeel, het kan voor veel verwarring zorgen in bepaalde gevallen.

Wat is de plaats van vestiging? Kortweg, de plaats waar de centrale bestuurstaken van het bedrijf worden uitgeoefend. Hierbij moet rekening worden gehouden met de volgende beoordelingscriteria:

  • de plaats waar de essentiële beslissingen worden genomen met betrekking tot de algemene leiding van de onderneming;
  • de plaats waar de statutaire zetel van de onderneming gelegen is;
  • de plaats waar de directie vergadert.

Plaats van vestiging is dan... ? De plaats waar minstens twee van de drie bovenvermelde criteria samenvallen. Die plaats moet dan m.a.w. aangemerkt worden als de plaats waar de klant is gevestigd.

Let op! Indien het onmogelijk blijkt te zijn om met zekerheid deze plaats te bepalen, geldt als enige criterium de plaats waar de essentiële beslissingen worden genomen met betrekking tot de algemene leiding van de onderneming.

Wat met de zgn. vaste inrichting?

Wat is een zgn. vaste inrichting?

Een bijhuis? Daar komt dat kortweg inderdaad wel op neer. Het gaat om een onderneming die actief is in een ander land maar zonder in dat andere land een aparte vennootschap te hebben. Het gaat m.a.w. om een geografisch aanknopingspunt met een bepaalde standvastige structuur, zoals een kantoor, een filiaal, een werkplaats, een magazijn, ... alsook mensen en middelen om dit kantoor draaiende te houden.

Let op! Bouwwerven kunnen, in tegenstelling tot de inkomstenbelastingen, voor de Btw nooit als een vaste inrichting worden beschouwd. In principe heeft zo’n vaste inrichting ook een afzonderlijk btw-nummer toegekend gekregen van het land waar die inrichting is gevestigd.

Hoe de b2b-hoofdregel toepassen in geval van een vaste inrichting?

Algemeen principe. Dat is vrij duidelijk. Voor het bepalen van de plaats van vestiging wordt gekeken naar de hoofdzetel van de onderneming en dus niet naar de vaste inrichting.

Uitzondering. Het is wel de plaats van de vaste inrichting die in aanmerking komt voor de plaatsbepaling als de dienst wordt verricht voor de eigen behoeften van de vaste inrichting en niet voor die van de vestiging van de btw-plichtige. De vaste inrichting moet m.a.w. de daadwerkelijke verbruiker en begunstigde zijn van de verstrekte diensten.

Voor beide? Dat kan ook. Als de verrichte dienst zowel ten goede komt van de hoofdzetel als van de vaste inrichting, dan is het opnieuw de plaats van de hoofdzetel die bepalend is voor het vaststellen van de plaats van de dienst.

Concreet. U verricht een dienst voor een Spaanse onderneming met een vaste inrichting in België. Dé vraag is dan of de dienst in kwestie uitsluitend bestemd is voor de vaste inrichting in België of niet.

Exclusief bestemd voor de vaste inrichting? Dan is de plaats van de dienst België. U rekent in dat geval Belgische btw aan op de factuur.

Niet uitsluitend voor de vaste inrichting? Is de dienst uitsluitend bestemd voor de hoofdzetel in Spanje of zowel voor de vaste inrichting als voor de hoofdzetel, dan vindt de dienst plaats in Spanje. U vermeldt dan “btw verlegd” op de factuur.

Voor het bepalen van de plaats van de dienst in een b2b-context, moet in principe steeds gekeken worden naar de plaats van de hoofdzetel en niet die van de vaste inrichting. De plaats van de vaste inrichting is echter wél bepalend als de verrichte dienst uitsluitend bestemd is voor die vaste inrichting.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878