TWEEDE PIJLER - 17.04.2023

Groepsverzekering of IPT: berekening 80%-regel opnieuw gewijzigd

De stortingen in uw IPT of groepsverzekering zijn voor uw vennootschap slechts aftrekbaar binnen de grenzen van de 80%-regel. Naar aanleiding van de gelijkschakeling van de berekening van het wettelijk pensioen van zelfstandigen met dat van werknemers, had de fiscus de berekening van die 80%-regel herzien waardoor u plots (veel) minder extralegaal pensioen kon opbouwen. Nadat er eerder al in een circulaire een beperkte tolerantie voorzien werd voor de in 2021 en 2022 te veel betaalde premies, heeft de fiscus nu ook zijn standpunt over de berekening voor 2021 aangepast.

Nieuwe berekening

80%-regel

De premies voor een groepsverzekering of IPT, zijn slechts fiscaal aftrekbaar als de 80%-grens gerespecteerd wordt. Samengevat mag het kapitaal dat opgebouwd wordt op grond van de overeenkomst, er niet toe leiden dat de toekenning die de begunstigde zal ontvangen naar aanleiding van zijn pensionering (de som van de aanvullende pensioenen van de tweede pijler én het wettelijk pensioen) – in jaarlijkse rente uitgedrukt – meer bedraagt dan 80% van de laatste normale brutojaarbezoldiging. Bij de berekening van die grens wordt ook rekening gehouden met een geschat wettelijk pensioen.

Correctiecoëfficiënt

Aangezien zelfstandigen minder bijdragen voor hun pensioen, werd er sinds 1983 op hun pensioenrechten een correctiecoëfficiënt toegepast. Deze is in de loop van de jaren geleidelijk verhoogd tot 0,691542 voor 2019-2021. Voor pensioenopbouwende jaren sinds 2021 is deze correctiecoëfficiënt afgeschaft, waardoor het wettelijk pensioen van zelfstandigen tegen 2066 bijna volledig gelijkgeschakeld zal zijn met een werknemerspensioen.

Circulaire

Naar aanleiding van de afschaffing van de correctiecoëfficiënt had de fiscus beslist (circ. 2022/C/33, 31.03.2022) om de schatting van het wettelijk pensioen retroactief sinds 2021 niet langer te baseren op 25%, maar wel op 50% van de brutojaarbezoldiging. Daardoor zou de fiscus ondanks een correcte berekening op basis van de in 2021 geldende regels een deel van de premie kunnen verwerpen.

Het resultaat van die berekening mag niet lager of niet hoger zijn dan respectievelijk het minimum- en het maximumpensioen voor het jaar waarvoor de 80%-grens berekend wordt. De circulaire verduidelijkte echter niet hoe dat maximumpensioen berekend moest worden.

Tolerantie

Nieuwe circulaire

In een latere circulaire (circ. 2022/C/79, 29.08.2022) heeft de fiscus dan aangegeven hoe u moet omspringen met een eventueel op basis van de nieuwe regels te veel betaalde premie in 2021 en 2022.

In principe wordt de premie die in 2021 gestort werd en in overschrijding is, voor het excedent verworpen als kost. Omdat de Administratie met de circulaire van 31 maart 2022 retroactief de spelregels wijzigt, wordt er een tolerantie toegestaan. Voor inkomstenjaren 2021 en 2022 moet volgens de circulaire van 29 augustus het gedeelte van de premie dat niet aftrekbaar is, louter omwille van de toepassing van de circulaire van 31 maart 2022, niet in de verworpen uitgaven opgenomen worden, maar kunt u het excedent als een soort van voorschot overdragen naar 2023. Aan deze tolerantie hangen wel voorwaarden vast.

Drie voorwaarden

Voor deze tolerantie gelden er drie voorwaarden. Zo moet de overschrijding van het plafond veroorzaakt zijn, louter door de toepassing van de circulaire 2022/C/33. Een overschrijding die, al is het maar beperkt, ook door andere elementen veroorzaakt is, kan de tolerantie niet genieten. Dat kan bv. het geval zijn wanneer uw inkomen in 2021 gedaald is. Daarnaast moet de vennootschap in de loop van het belastbare tijdperk (boekjaar) dat verbonden is met aanslagjaar 2023 (in principe boekjaar 2022) het excedent boeken op een rekening 49 ‘Over te dragen kosten’. U moet dus alles regelen bij de afsluiting van de jaarrekening voor 2022.

Het niet-aftrekbare premiedeel zal dan als een vorm van voorschot beschouwd worden. Dat ‘voorschot’ zal overigens meetellen om na te gaan of de 80%-grens zoals bedoeld in artikel 59 WIB 92 gerespecteerd wordt. Bij de berekening van de 80%-grens voor 2023 en eventueel in de volgende jaren moet dus met dat voorschot rekening gehouden worden. Uiteraard moet de rekening 49 in dat boekjaar aangezuiverd worden. De overgedragen excedentaire premie wordt dan in 2023 of later als premie geboekt en de effectief te betalen premie moet met dat bedrag verminderd worden.

Een derde voorwaarde kan voor een aantal dossiers slecht nieuws zijn. Want de tolerantie geldt niet voor pensioencontracten die in 2021, 2022 of 2023 vervallen. De tolerantie geldt evenmin voor het gedeelte van de premies dat betrekking heeft op een backservice via een koopsom, die toegepast wordt tijdens de laatste vijf jaren van het contract.

Als u in 2022 een te hoge premie betaalt en het excedent (voor 2022 zelf en/of voor 2021) niet overdraagt, dan vormen die excedenten voor 2022 een verworpen uitgave.

Berekening maximumpensioen

De circulaire van 3 maart 2022 verduidelijkte niet met welk maximumpensioen bij de berekening van de 80%-grens rekening gehouden moest worden. Voor de jaren voor 2021 gingen de meesten ervan uit dat dit nog volgens de oude regels mocht, wat zou neerkomen op een maximumpensioen van € 18.363,64. In de circulaire van 29 augustus 2022 is de fiscus echter een andere mening toegedaan. Volgens hem moest er rekening gehouden worden met een maximumpensioen van maar liefst € 35.596,43 voor 2021 en van € 38.236,74 voor 2022.

Herziening standpunt

Op vraag van Assuralia heeft de Belastingadministratie uiteindelijk toch haar standpunt herzien. In een brief van 22 december 2022 heeft ze laten weten dat het maximum voor de loopbaanjaren die een bedrijfsleider gepresteerd heeft voor 2021 toch tegen 25% berekend mag worden in plaats van tegen 50%. Het maximumpensioen bedraagt voor de jaren gepresteerd als zelfstandige vóór 2021 bijgevolg € 17.948,22 en € 19.118,37 voor het jaar 2022. De regel heeft een impact voor zelfstandigen met een inkomen hoger dan € 76.473 in 2022.

Praktisch

Wellicht heeft u eind 2022 reeds aan uw makelaar gevraagd om de fiscaal aftrekbare premies voor 2021 en 2022 te herberekenen met het oog op de toepassing van de tolerantie, waarbij eventuele premie-excedenten voor 2021 en 2022 naar de volgende jaren doorgeschoven kunnen worden. Het herziene standpunt heeft echter voor gevolg dat deze berekening mogelijk overgedaan moet worden. Laat uw contract dus opnieuw nakijken om te bepalen of de gewijzigde regels geen impact hebben op de premie-excedenten en de premie die u voor 2022 in aftrek kunt brengen.

Uw makelaar zal opnieuw twee berekeningen maken: een voor 2021 en een voor 2022. Als het excedent ten gevolge van deze nieuwe berekening lager ligt dan het excedent dat u initieel op basis van de oude berekening via rekening 49 ‘Over te dragen kosten’ doorgeschoven had naar 2023, dan kunt u het overgedragen excedent alsnog aanpassen vóór u de jaarrekening voor 2022 definitief afsluit. Daardoor zal u in principe desgevallend in 2023 en later een hogere premie kunnen storten dan u naar aanleiding van de vorige versie van uw berekeningen voorzien had.

Als u (een deel van) het excedent niet overgedragen had, maar wel voor 2022 als verworpen uitgave geboekt heeft, dan zal u naar aanleiding van de nieuwe berekening het bedrag van de verworpen uitgaven eventueel naar beneden kunnen aanpassen.

ADVIEZEN

  • Tot 2020 werd er op de pensioenrechten die zelfstandigen opbouwen een correctiecoëfficiënt toegepast, waardoor zelfstandigen met een gelijk loon veel minder pensioenrechten opbouwden dan werknemers. Sinds 2021 is die correctiecoëfficiënt afgeschaft, waardoor de pensioenen van werknemers en zelfstandigen vanaf 2066 quasi volledig gealigneerd worden.
  • De fiscus heeft naar aanleiding van de afschaffing van de correctiecoëfficiënt de berekening van de maximaal aftrekbare premie voor uw IPT aangepast, waardoor u nu (veel) minder pensioenkapitaal kunt opbouwen. Als de betaalde premie voor 2021 en/of 2022 te hoog ligt, dan kunt u het excedent als een overgedragen kost boeken en in 2023 en later als voorschot in mindering brengen van de te betalen premie.
  • Omdat de fiscus het bedrag van het maximumpensioen dat in aanmerking komt voor de berekening van de 80%-regel nu op de valreep weer gewijzigd heeft, doet u er goed aan om uw makelaar te vragen een nieuwe berekening te maken, omdat het kan zijn dat u daardoor minder excedent moet overdragen.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878