Naheffing btw na een controle: wat dan als er ook een btw-tegoed is?
‘Foutje’ ontdekt bij een controle. Als u of uw vennootschap te weinig btw betaald heeft of ten onrechte btw gerecupereerd heeft en uw btw-controleur valt daarover, moet u ook een boete en nalatigheidsinteresten van 8% (tarief voor 2023) betalen (art. 91, §1, lid 2 W.Btw) . Dat is op zich niets nieuws...
De Btw maakt een ‘brutoberekening’ voor de interesten. We bedoelen daarmee dat uw controleur in zijn berekening van de interesten geen rekening houdt met een eventueel btw-tegoed dat u of uw vennootschap op de rekening-courant bij de Btw heeft staan. Als er bv. btw teruggevorderd wordt van € 2.000 naar aanleiding van een controle, maar u ook nog een btw-tegoed heeft van € 500, worden uw nalatigheidsinteresten berekend op € 2.000 en niet op € 1.500 (€ 2.000 - € 500 tegoed).
Dat kan niet als er ook een btw-tegoed is, zegt Cassatie. Een vennootschap die het niet eens was met die brutoberekening trok naar Cassatie. De vennootschap betwistte niet dat ze op bepaalde facturen de btw niet in aftrek had mogen brengen en dus nog moest terugbetalen, maar was het niet eens met de berekening van de nalatigheidsinteresten. Volgens haar moest van de verschuldigde btw eerst haar tegoed afgetrokken worden en konden er enkel op het saldo interesten aangerekend worden.
Dan moet er ‘netto’ gerekend worden. Het Hof van Cassatie volgde de vennootschap in haar redenering (Cass., 22.12.2022) . De berekening van de nalatigheidsinteresten moet in geval van een btw-tegoed via de rekening-courant dus op het ‘nettobedrag’ gebeuren en – in ons voorbeeld – dus niet op € 2.000 maar slechts op € 1.500!
Tip. Als het tegoed op de btw-rekening-courant groter is dan de schuld, bent u dus de facto geen nalatigheidsinteresten verschuldigd.