GEHEIME COMMISSIELONEN - 04.09.2017

Geheime commissielonen: regels nu opnieuw gewijzigd?

De fiscus heeft onlangs (circulaire 2017/C/16 van 04.04.2017) zijn standpunt m.b.t. ‘geheime commissielonen’ aangepast. Wanneer is die aanslag nu verschuldigd? Zijn de regels anders voor ‘verdoken meerwinsten’ dan voor ‘ niet-verantwoorde kosten en voordelen’? Welke verstrenging zal de hervorming van de vennootschapsbelasting met zich meebrengen?

Geheime commissielonen

Bijzondere aanslag

Sinds 2014 bedraagt de aanslag geheime commissielonen 103% of 51,5%, voor niet op een fiche vermelde lonen, enz. waarvan u kunt aantonen dat ze toegekend werden aan een rechtspersoon (een andere vennootschap, een vzw, …) en voor verdoken meerwinsten die u in een later boekjaar alsnog in de boekhouding opneemt, eventueel nog na het verstrijken van de gewone aanslagtermijn van drie jaar, maar wel niet meer nadat de fiscus u schriftelijk in kennis gesteld heeft van lopende specifieke onderzoeks- of administratieve daden (bv. vraag om inlichtingen of bericht van wijziging).

De niet op een fiche vermelde lonen en voordelen of de verdoken meerwinsten zijn sinds 2014 ook niet meer aftrekbaar (art. 197, lid 1 en art. 49 WIB 92) . De bijzondere aanslag zelf bleef echter zoals vroeger wel een aftrekbare kost voor de vennootschap (art. 198, §1, 1° WIB 92) . De regering heeft nu in het kader van de hervorming van de vennootschapsbelasting aangekondigd dat de aanslag geheime commissielonen vanaf 2020 volledig niet aftrekbaar wordt.

Verdoken meerwinsten

De aanslag is dus ook van toepassing op verdoken meerwinsten: inkomsten die niet onder de bestanddelen van het vermogen van de vennootschap teruggevonden worden, bv. niet-geboekte, ‘zwarte’ inkomsten. Als de verdoken meerwinsten echter het gevolg zijn van een verwerping van beroepskosten (bv. kosten die gebaseerd zijn op fictieve facturen), dan kan de controleur de aanslag geheime commissielonen niet meer toepassen (nieuw art. 219, lid 5 WIB 92) .

Volgens de oude circulaire (Ci.RH. 421/636.468, nr. 24) heeft die wettelijke beperking geen uitwerking in geval van zgn. fictieve facturen. Anders gezegd, voor de fiscus was een aanslag geheime commissielonen nog steeds mogelijk voor onbestaande, maar wel geboekte kosten, lees: kosten op fictieve facturen, die verworpen worden.

Niet-verantwoorde kosten en voordelen

Sinds 2014 kan de fiscus de aanslag ook niet toepassen op lonen en voordelen die niet op een fiche vermeld zijn, als u kunt aantonen dat de ontvanger tijdig aangifte gedaan heeft of als diegene die het inkomen gekregen heeft, ondubbelzinnig geïdentificeerd wordt binnen de twee jaar en zes maanden vanaf 1 januari van het aanslagjaar (art. 219, lid 7 WIB 92) . Tot onlangs was de fiscus van mening dat de genieter van het voordeel daarnaast ook schriftelijk akkoord moest gaan met de belasting van het voordeel bij hem privé. De fiscus voegde daarmee een voorwaarde toe aan de wet en werd reeds in 2015 door de minister teruggefloten (mond. parl. vr. nr. 6377, Wouters, 28.10.2015) .

Nieuwe standpunten fiscus

Verdoken meerwinst

Onlangs (circulaire 2017/C/16 van 04.04.2017) heeft de fiscus zijn commentaar op het wetboek aangepast. Volgens de fiscus heeft de wetsbepaling dat verdoken meerwinsten niet aan de afzonderlijke aanslag onderworpen zijn wanneer zij het gevolg zijn van een verwerping van beroepskosten, slechts een beperkte draagwijdte. De verdoken meerwinsten zijn a priori immers niet het gevolg van een verwerping van beroepskosten. Een valse of fictieve factuur in geval van de aankoop van handelsgoederen bijvoorbeeld, die in principe op rekening 60 geboekt moet worden, beïnvloedt enkel de brutowinst van de vennootschap en vormt bijgevolg geen kost zoals bedoeld door de fiscale bepalingen inzake beroepskosten (inzonderheid art. 49 WIB 92) . Bijgevolg kan er volgens de fiscus geen sprake zijn van verdoken meerwinsten die het gevolg zijn van een verwerping van beroepskosten.

Daarnaast stelt de fiscus nu dat de verdoken meerwinsten die aan de afzonderlijke aanslag onderworpen worden, in de verworpen uitgaven opgenomen moeten worden, gelet op de afwezigheid van bewijsstukken die het beroepskarakter aantonen (Comm. IB 219/34) . Dat lijkt ons een vreemde redenering. Verdoken meerwinsten komen immers per definitie niet voor in de boekhouding en al zeker niet als kost. Er is dus niet echt een ‘uitgave’ om te verwerpen. De fiscus lijkt echter automatisch te veronderstellen dat de verdoken meerwinsten de vennootschap verlaten hebben als zwarte lonen.

Niet-verantwoorde kosten en voordelen

De fiscus bevestigt nu in de circulaire dat de bijzondere aanslag niet van toepassing is wanneer de genieter van het voordeel tijdig en ondubbelzinnig geïdentificeerd is. Aan die voorwaarde is volgens de fiscus slechts bijvoorbeeld voldaan als de administratie in het bezit gesteld wordt van het akkoord van de verkrijger van het voordeel met de belasting in zijn hoofde.

Het Grondwettelijk Hof (GwH 13.07.2017) heeft daarna echter beslist dat die ‘tijdige identificatie’ enkel volstaat als de fiscus op het moment van identificatie nog de mogelijkheid had om effectief te belasten. Of de administratie al dan niet (tijdig) van die mogelijkheid gebruik gemaakt heeft, speelt geen rol.

  • Om te ontsnappen aan de aanslag geheime commissielonen eist de fiscus nu niet langer dat de ontvanger van het voordeel schriftelijk instemt met de belasting in zijn hoofde. Het volstaat dat de begunstigde ondubbelzinnig geïdentificeerd is. Volgens een recent arrest van het Grondwettelijk Hof moet de fiscus op het moment van identificatie wel nog de mogelijkheid gehad hebben om de genieter effectief te belasten.
  • De fiscus blijft van mening dat hij de aanslag ook kan toepassen op ‘valse facturen’. Daarnaast stelt hij dat verdoken meerwinsten, hoewel die per definitie niet voorkomen in de boekhouding, opgenomen moeten worden bij de verworpen uitgaven. De fiscus lijkt dus automatisch te veronderstellen dat deze meerwinsten de vennootschap verlaten hebben als ‘zwart loon’.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878