BELASTINGBEREKENING - GEZINSSITUATIE - 05.02.2019

Huurgeld te gebruiken als aftrekbare alimentatie?

Onderhoudsgeld is onder strikte voorwaarden een aftrekbare kost. Op 19.12.2017 heeft een rechter zich nog uitgesproken over de vraag of afstand van huurgelden van de ene ten voordele van de andere echtgenoot als alimentatie aftrekbaar is.

Voorwaarden onderhoudsgeld

Drie cumulatieve voorwaarden. Om 80% van het betaalde onderhoudsgeld te kunnen aftrekken van uw belastbaar inkomen, moet het gaan om regelmatige betalingen, ter uitvoering van een wettelijke onderhoudsverplichting of op basis van een gerechtelijke uitspraak aan iemand die geen deel meer uitmaakt van uw gezin.

Niet alleen kinderalimentatie. Hoewel kinderalimentatie de meest voor de hand liggende vorm van alimentatie is, komt ook partneralimentatie in aanmerking voor fiscale aftrek. In geval van een scheiding is het vaak de rechter die oordeelt dat de ene partner aan de andere een bijdrage in onderhoud verschuldigd is om dezelfde levensstandaard als deze van tijdens het huwelijk te kunnen handhaven. Ontbreekt die rechterlijke uitspraak, dan nog is alimentatie betaald aan uw ex aftrekbaar op grond van het Burgerlijk Wetboek.

Let op! Was u niet gehuwd met uw ex en woonde u niet wettelijk samen, maar feitelijk, dan is de rechterlijke uitspraak een noodzakelijke vereiste. Op basis van het Burgerlijk Wetboek is er dan immers geen grond om alimentatie af te dwingen.

Ook afgestane huurinkomsten?

In natura. Het moet gaan om regelmatige betalingen, maar al meermaals hebben zowel de fiscus als de hoven en rechtbanken terecht geoordeeld dat het niet per se om betalingen ‘in geld’ moet gaan. Ook een betaling ‘in natura’ wordt aanvaard. U denkt aan een situatie waarbij de ene partner de lening blijft aflossen, terwijl de andere partner in de woning blijft wonen. De Administratie aanvaardt de aflossing van lening en interest als een fiscaal voordeel op te nemen in vak IX (leningen) van uw aangifte.

Rechter gaat zelfs verder. In een zaak, die op 19.12.2017 voor het hof van beroep kwam, ging het om een gehuwd koppel dat feitelijk gescheiden was. Ze bezaten samen een gezinswoning en een appartementsgebouw. De vier appartementen en het winkelpand werden steeds verhuurd. Na de feitelijke scheiding bleef de man in de gezinswoning wonen en ging de vrouw in een van de appartementen wonen. De overige bleven verhuurd. De huuropbrengsten kwamen sedert de scheiding volledig toe aan de vrouw, terwijl beiden nog steeds eigenaar bleven. De man trok daarom zijn afgestane deel van de huur af als onderhoudsgeld. De rechter aanvaardt dit (Antwerpen, 19.12.2017) .

Voorwaarden immers voldaan. Door de feitelijke scheiding leven de partners immers ‘apart’. Verder wordt de afstand van de helft van de huurgelden als een betaling, weliswaar in natura, beschouwd die bovendien ook nog eens regelmatig is. Tot slot oordeelt de rechter dat, desondanks er geen rechterlijke uitspraak aan de basis ligt van deze overeenkomst, de ene partner op basis van het burgerlijk recht wel degelijk recht heeft op de aftrek als alimentatie. Feitelijk gescheiden echtgenoten hebben immers een hulp- en bijdrageverplichting ten aanzien van elkaar (art. 213 BW) .

Let op!  In dergelijke situaties is het aan te raden dat er geen afrekeningen plaatsvinden tussen partners in verband met de ontvangen huurinkomsten. Zou in dit geval de ene partner, die alle huurgelden ontvangt, steeds de helft vergoeden aan de andere, dan heeft deze laatste uiteraard geen recht om zijn aandeel ook nog eens als onderhoudsgeld af te trekken.

Doet u na uw scheiding afstand van uw deel van de huuropbrengsten van eigendommen die u nog samen met uw ex bezit, dan komen deze volgens de rechter in aanmerking om als alimentatie fiscaal in te brengen. De afstand wordt dan immers beschouwd als een onderhoudsuitkering in natura.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878