CONTRACTEN - 14.09.2021

Niet-concurrentiebeding: altijd uitwerking?

In overeenkomsten met opdrachtgevers, onderaannemers, zelfstandige medewerkers of werknemers wordt vaak een niet-concurrentiebeding opgenomen. Wanneer is zo’n clausule geldig? Heeft een geldig beding ook altijd uitwerking? Welke afspraken kunt u op dat vlak maken? Maakt het een verschil door wie en op welke wijze het contract beëindigd wordt? Kan de tegenpartij u aan het niet-concurrentiebeding houden als hij zelf zijn contractuele verplichtingen tegenover u niet nakwam? Wat zei het Hof van Cassatie daarover onlangs?

Geldigheid

Wettelijke regels

Voor sommige niet-concurrentiebedingen bepaalt de wet aan welke voorwaarden ze moeten voldoen. Zo moet het niet-concurrentiebeding dat u in een arbeidsovereenkomst wilt inlassen aan strikte voorwaarden voldoen opdat het geldig zou zijn. Hetzelfde geldt voor niet-concurrentiebedingen in een overeenkomst die u met een handelsagent sluit. Houdt u zich niet aan deze voorschriften, dan zal de clausule niet geldig zijn en kunt u zich er niet op beroepen.

Voor arbeidsovereenkomsten zijn er dus strikte geldigheidsvoorwaarden vastgelegd waaraan een niet-concurrentiebeding moet voldoen. Een gewoon niet-concurrentiebeding voor arbeiders of bedienden moet betrekking hebben op soortgelijke activiteiten. Bovendien moet een dergelijk beding ook geografisch beperkt zijn tot plaatsen waar de ex-werknemer de werkgever concurrentie kan aandoen en dit maximaal tot het grondgebied van België.

Het beding moet ook beperkt zijn in de tijd en mag maximaal 12 maanden na het einde van de overeenkomst uitwerking hebben. Het beding moet verder ook voorzien in de betaling van een forfaitaire niet-concurrentievergoeding. Deze vergoeding moet ten minste de helft bedragen van het brutoloon dat overeenkomt met de geldigheid van het beding (dus zes maanden brutoloon indien het beding tot 12 maanden na het einde van de arbeidsovereenkomst uitwerking heeft).

Voor een niet-concurrentiebeding gesloten voor een handelsvertegenwoordiger zijn de voorwaarden minder streng.

Beperkingen

Buiten deze gevallen die in de wet expliciet geregeld worden, moet u ook rekening houden met het principe dat het niet-concurrentiebeding de vrijheid van ondernemen niet mag aantasten (art. II.4 Wetboek Economisch Recht) . Het niet-concurrentiebeding mag dus nooit te uitgebreid zijn, anders is het niet geldig.

Opdat een niet-concurrentiebeding geldig zou zijn, moet het voldoende beperkt zijn in de tijd en ruimte. Zorg er voor dat het niet-concurrentiebeding qua activiteitengebied, in de ruimte en duurtijd niet verder reikt dan noodzakelijk om u tegen daadwerkelijke concurrentie te beschermen. Wat daartoe nodig is, hangt telkens af van de concrete omstandigheden.

Wenst u uw contractspartij aan een niet-concurrentiebeding te houden, zet dan expliciet in de overeenkomst dat als het niet-concurrentiebeding nietig zou zijn wegens te verregaand, dit vervangen wordt door een concurrentiebeding dat beperkter is in de tijd en ruimte en dat wel geldig is.

Uitwerking

Arbeidsovereenkomstenwet

Zelfs als een niet-concurrentiebeding met een werknemer al geldig werd overeengekomen, heeft het lang niet altijd uitwerking. De Arbeidsovereenkomstenwet (art. 65 Arbeidsovereenkomstenwet) zegt namelijk dat een geldig niet-concurrentiebeding geen uitwerking heeft wanneer aan de overeenkomst een einde wordt gemaakt, ofwel gedurende de eerste zes maanden vanaf de aanvang van de overeenkomst, ofwel na deze periode door de werkgever zonder dringende reden of door de werknemer om een dringende reden. U kunt in de arbeidsovereenkomst ook niet afwijken van deze wettelijke regeling.

Eindigt de arbeidsovereenkomst in onderling akkoord, dan heeft het niet-concurrentiebeding wel uitwerking. Om te vermijden een vergoeding te moeten betalen aan de werknemer, kan de werkgever binnen de 15 dagen te rekenen vanaf het ogenblik van de stopzetting van de overeenkomst afzien van de werkelijke toepassing van het concurrentiebeding.

Handelsagentuur

Ook in de wettelijke regels met betrekking tot de handelsagentuur wordt aangegeven wanneer een geldig niet-concurrentiebeding geen uitwerking heeft. Meer bepaald is dat het geval als de handelsagentuurovereenkomst beëindigd wordt door de principaal zonder een dringende reden aan te voeren, of door de handelsagent door een dringende reden ten laste van de principaal aan te voeren (art. X.22 WER) .

Deze wettelijke regels zijn van dwingend recht, zodat u in de overeenkomst die u met de agent sluit, er niet van kunt afwijken ten nadele van de agent.

Afspraken maken

Is er sprake van een niet-concurrentiebeding in een andere overeenkomst zoals een overeenkomst die u sluit met een freelancer of een overeenkomst waarin uw opdrachtgever wenst dat u zich aan een niet-concurrentiebeding houdt, dan kunt u met uw contractspartij perfect afspraken maken over wanneer het beding precies uitwerking zal hebben. Dergelijke afspraken zijn in principe ook geldig. Zorg er wel voor dat die afspraken dan op papier staan en ook duidelijk zijn.

Zo kunt u perfect overeenkomen dat een beding dat in uw nadeel is, enkel van toepassing is als u zelf de overeenkomst beëindigt en niet als dat gebeurt door de opdrachtgever.

Bent u zelf diegene die voordeel haalt uit het niet-concurrentiebeding, dan heeft u er alle belang bij het niet-concurrentiebeding in zoveel mogelijk hypotheses uitwerking te laten hebben.

Geen afspraken?

Maakte u in de overeenkomst geen afspraken rond de vraag wanneer het niet-concurrentiebeding al dan niet uitwerking heeft, dan speelt dat in beginsel altijd wanneer er aan de overeenkomst een einde komt en dit ongeacht wie er een einde maakt aan de samenwerking. Ook bij een beëindiging van de overeenkomst in onderling akkoord krijgt het niet-concurrentiebeding dan uitwerking.

Einde overeenkomst

Overigens kunt u op het moment dat de overeenkomst tussen u en uw contractspartner eindigt, nog altijd opnieuw afspraken maken over het al dan niet verder uitwerking hebben van het niet-concurrentiebeding. Het is dan ook aan te raden om er op aan te dringen dat het beding komt te vervallen, als u een niet-concurrentiebeding moet naleven bij een beëindiging van de samenwerking in onderling akkoord. Laat uw contractspartij dat in zo’n geval dan wel schriftelijk aan u bevestigen.

Ontbinding

Indien uw opdrachtgever die het niet-concurrentiebeding in de overeenkomst liet inlassen, allerlei wanprestaties begaat waardoor het contract zelfs ten laste van hem ontbonden wordt, is het de vraag of u zich nog aan dat niet-concurrentiebeding moet houden, dan wel of u dat beding als onbestaande mag beschouwen.

Maakte u in de overeenkomst zelf op dat vlak geen afspraken, dan riskeert u het niet-concurrentiebeding toch nog te moeten respecteren. Een recent arrest van het Hof van Cassatie (Cass., 26.02.2021) zegt nu eenmaal dat het niet is omdat een overeenkomst ontbonden wordt ten laste van een bepaalde partij, dat die laatste zich niet meer zou kunnen beroepen op een niet-concurrentiebeding dat in haar voordeel overeengekomen is.

U kunt op uw beurt dan nog wel proberen te argumenteren dat de goede trouw zich verzet tegen de toepassing van de clausule of dat er bv. sprake is van rechtsmisbruik. Weet wel dat het zeer onzeker is of die argumenten gevolgd zullen worden.

Kwam u een geldig niet-concurrentiebeding overeen, dan kunt u meteen afspraken maken over wanneer deze clausule ook uitwerking heeft. Maakte u daarover geen specifieke afspraken, dan zal het niet-concurrentiebeding in principe altijd uitwerking hebben ongeacht hoe er aan de overeenkomst een einde kwam. Volgens recente cassatierechtspraak behoudt het concurrentiebeding zelfs uitwerking ten voordele van een partij lastens wie de overeenkomst ontbonden werd. Nam u echter een niet-concurrentiebeding op in een arbeidsovereenkomst of een handelsagentuurovereenkomst, dan zegt de wet wanneer het beding uitwerking heeft. Van die wettelijke regeling kunt u dan niet zomaar afwijken.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878