Tijdelijke en definitieve versoepeling van ziekenfondsaangifte

Het zgn. document vertrouwelijk

Een zelfstandige kan in principe vanaf de eerste dag van zijn arbeidsongeschiktheid ziekenfondsuitkeringen ontvangen, voor zover zijn arbeidsongeschiktheid minstens acht opeenvolgende kalenderdagen duurt. Hij moet de arbeidsongeschiktheid aangeven bij de adviserende arts van het ziekenfonds aan de hand van een ‘verklaring van arbeidsongeschiktheid’, beter bekend als het document ‘vertrouwelijk’. Dit document moet door u, als behandelende arts van de patiënt-zelfstandige, ingevuld en ondertekend worden.

Het begin van de erkenning...

Zo was het vroeger. Zoals gezegd, kon een patiënt-zelfstandige uitkeringen krijgen vanaf de eerste dag van de arbeidsongeschiktheid (van minstens acht kalenderdagen). Die arbeidsongeschiktheid moest dan wel erkend worden vanaf die eerste dag. De datum van die erkenning hing dan weer samen met de datum waarop de behandelende arts het document vertrouwelijk ondertekende. Een erkenning vóór de datum van ondertekening was namelijk niet mogelijk. Anders gezegd: als een patiënt-zelfstandige een paar dagen wachtte om naar de dokter te gaan, verloor hij ook een paar dagen uitkeringen.

Zo werd het in coronatijden. Omdat men begreep dat het ten tijde van COVID-19 minder evident was om (tijdig) naar een arts te gaan, werden de normale principes voor de erkenning van een arbeidsongeschiktheid van een zelfstandige tijdelijk versoepeld. Zelfs als het document vertrouwelijk op een latere datum ondertekend was, kon de adviserende arts de arbeidsongeschiktheid toch erkennen vanaf de (eerdere) begindatum die de behandelende arts erop ingevuld had.

Nieuwe regeling sinds 01.07.2021… De net vermelde COVID-19-versoepeling, dat de erkenning niet meer gebonden is aan de datum van de handtekening op het document vertrouwelijk, is sinds 1 juli 2021 zonder beperking in de tijd van toepassing (wet 20.06.2021, BS 14.07.2021) . Tegelijkertijd is echter ook bepaald dat het recht op uitkeringen max. 14 kalenderdagen kan teruggaan in de tijd .

... die al direct gedeeltelijk geschorst is. De nieuwe bepaling die stelt dat het recht op uitkeringen max. 14 kalenderdagen kan teruggaan in de tijd heeft men om COVID-19-redenen evenwel onmiddellijk weer geschorst tot en met 30.09.2021 (KB 14.08.2021, BS 26.08.2021) . Concreet wil dat zeggen dat men alvast tot die datum niet hoeft wakker te liggen van deze ‘beperking’.

... vs. de termijn om in te leveren

Behoudens de regels inzake de data van ondertekening van het document vertrouwelijk en de erkenning, zijn er nog andere regels die van belang zijn voor het recht op uitkeringen, met name die inzake het aangeven van de arbeidsongeschiktheid. Zo blijft immers nog altijd de verplichting bestaan dat een zelfstandige tijdig, lees: binnen de zeven kalenderdagen nadat de arbeidsongeschiktheid begonnen is, aangifte bij het ziekenfonds moet doen (door het document vertrouwelijk in te leveren). Voor elke dag dat men te laat is, verliest men zelfs 10% van het normale bedrag van zijn (dag)uitkering.