Beste controleur, volgens uw collega was alles in orde…
Tweemaal de fiscus op bezoek
Eerst een ambtenaar die opspoort. Op een dag kreeg uw collega onverwachts bezoek van een dame die zich voorstelde als opsporingsambtenaar van de FOD Financiën. Ze wilde de boekhouding zien en vroeg o.a. naar het dagontvangstenboek. Na een summier nazicht tekende ze dit af zonder negatieve opmerking. Integendeel, ze zei dat uw collega die week de eerste was bij wie alles in orde was.
Daarna een echte controleur. Tijdens een belastingcontrole enkele jaren later oordeelde de controleur dat de boekhouding níet in orde was. Er was immers geen kasboek. Dat was volgens de controleur een noodzakelijk ‘stuk’, onder meer om te kunnen bewijzen dat correctieboekingen terecht gebeurden in het verkoopdagboek voor facturen die al in de aangegeven dagontvangsten zaten en dus verwierp hij de boekhouding in zijn geheel...
Let op! Door uw boekhouding als ‘niet-bewijskrachtig’ te verwerpen, heeft de controleur meer ruimte om een zware fiscale rechtzetting te doen. Hij kan een aangegeven verlies dan zonder meer op nul zetten of de belastbare winst volledig herberekenen en zo veel hoger uitkomen.
Wat vond de rechter daarvan?
De controleur werd teruggefloten. Strikt genomen is zo’n opsporingsambtenaar niet bevoegd om te oordelen of een boekhouding al dan niet correct gevoerd wordt. De opsporingsambtenaar maakt echter wel degelijk deel uit van dezelfde Belastingadministratie als de controleur. Aangezien zij liet uitschijnen dat een dagontvangstenboek voldoende was en dat er geen kasboek bijgehouden moest worden, kon de echte controleur die boekhouding achteraf niet verwerpen omdat er geen kasboek was (rb. Leuven, 13.09.2013) .
Slechts een beperkte rechtzetting mogelijk. Dat klopt! De zware rechtzetting die de controleur wilde doen, werd ongeldig verklaard. De rechter aanvaardde slechts een beperkte verhoging van de aangegeven inkomsten, enkel omwille van het bewijsprobleem rond die correctieboekingen.
Wat moet u hiervan onthouden?
Wie van de fiscus op bezoek? Zowel voor de Belastingen als voor de Btw kunt u bezoek krijgen van opsporingsambtenaren. Zij komen meestal onaangekondigd langs om gegevens te verzamelen die dan gebruikt kunnen worden door de ‘echte’ controleurs. Zelf doen zij geen controle.
Tip. De opsporingsambtenaar moet u in principe spontaan zijn zgn. aanstellingsbewijs tonen. Doet hij dat niet, vraag er dan gerust naar. Noteer alvast zijn/haar naam en de datum van het bezoek, zodat u daar achteraf naar kunt verwijzen.
Wat noteert die opsporingsambtenaar? In principe noteert hij/zij de vaststellingen in een zgn. proces-verbaal (pv). Er zijn echter geen regels over de termijn waarbinnen dat moet gebeuren en de fiscus is ook niet verplicht om u daarvan een kopie te bezorgen.
Tip. Dat pv moet sowieso in uw dossier bij de fiscus zitten. Heeft u geen kopie ontvangen, dan kunt u die opvragen op basis van de Wet op de openbaarheid van bestuur. Ook ú kunt dus eisen dat de fiscus in zijn kaarten laat kijken. Ontkent een controleur de eerdere vaststellingen van zijn collega, dan riskeert hij zo door de mand te vallen.