In 2014 een vennootschap overwegen?
De klassieke vraag? Min of meer ja. Zodra u in uw eenmanszaak een bepaalde omzet behaalt, stelt zich de vraag of u niet beter zou overstappen naar een vennootschap om aldus fiscaal veel meer te kunnen optimaliseren. Hoeveel die omzet precies moet zijn, is niet te zeggen. Als vuistregel kan er wel gesteld worden dat een vennootschap weinig zin heeft als u alle inkomsten uit de vennootschap zou moeten halen om van te kunnen leven. Er moet m.a.w. winst overblijven.
Waarom is dat nu in 2014 belangrijker dan anders? Kortweg, omdat het stelsel van de sociale bijdragen wijzigt vanaf 1 januari 2015. Uw inkomsten van 2014 zijn finaal nl. niet meer van belang voor uw sociale bijdragen van 2015 en later, want er wordt nu eenmaal afgestapt van de fameuze ‘drie jaar terug’-regel.
Dus geen probleem meer met de zgn. stopzettingsmeerwaarde? Daar gaat het inderdaad om. Vormt u uw eenmanszaak om naar een vennootschap, dan wordt daar in feite een bepaalde prijs op geplakt. Dat is dan de waarde van uw zaak die of handelsfonds dat u inbrengt in of verkoopt aan uw vennootschap. In vaktermen is dat dan de zgn. stopzettingsmeerwaarde en daar zijn in principe ook sociale bijdragen op verschuldigd. Behaalt u die stopzettingsmeerwaarde nu in 2014, dan heeft dat echter geen effect meer voor uw sociale bijdragen. In 2017 – drie jaar later – worden ze immers berekend op uw inkomsten van 2017.
Bepaal uw profiel om dit en vele andere adviezen te ontgrendelen.