SCHOLINGSBEDING - 11.09.2014

Opleiding nog bezig en al weg: reactie mogelijk?

Een relatief nieuwe, hoogopgeleide werknemer van een abonnee zal normaal gezien een nieuwe bijkomende opleiding gaan volgen die vrij veel centen kost. De bedoeling is dus dat deze werknemer een zgn. scholingsbeding ondertekent waarin vastgelegd wordt dat hij (een deel van) de kosten van de opleiding terugbetaalt als hij elders zou gaan werken. Nu had de abonnee echter horen zeggen dat hij dit scholingsbeding niet kan gebruiken wanneer de werknemer al zou vertrekken terwijl de opleiding nog bezig is. “Dat kan toch niet waar zijn? Zo’n beding dient toch net om de gemaakte kosten te recupereren voor het geval dat een werknemer vertrekt! Zo niet, dan zet men de poort open voor werknemers die het nog vlug tijdens de opleiding afstappen om zo het scholingsbeding te omzeilen... ”, zo merkte de abonnee nog op.

Even opfrissen: het scholingsbeding

Een werknemer die een dure opleiding volgt en die elders te gelde gaat maken: het is een erg vervelend risico waar vele werkgevers het terecht moeilijk mee hebben. Om dit risico in te perken wordt er vaak van een scholingsbeding gebruik gemaakt. Dat beding laat immers toe om de kosten die gemaakt werden voor de opleiding (gedeeltelijk) te recupereren bij de werknemer die zelf zijn opzeg geeft om elders te gaan werken. Met gedeeltelijk bedoelen we dat het bedrag dat de werknemer moet terugbetalen in geval van een vertrek degressief is, nl. max. 80% van de kosten bij een vertrek in het eerste jaar, max. 50% bij een vertrek in het tweede jaar en max. 20% bij een vertrek in het derde jaar. Daarna speelt het beding niet meer vermits de looptijd ervan ‘wettelijk gezien’ sowieso niet meer dan drie jaar mag bedragen.

Vanaf wanneer speelt het pas?

Het scholingsbeding moet de begindatum en de duur bevatten om geldig te zijn. Vaak neemt men drie jaar (het maximum), maar minder duidelijk is wanneer die termijn van drie jaar precies begint te lopen. Voor opleidingen die resulteren in de aflevering van een attest, zegt de wet dat dit de datum is waarop het attest afgeleverd wordt (art. 22bis, §3 Wet op de arbeidsovereenkomsten) . Hieruit zou dus afgeleid kunnen worden dat de termijn van drie jaar nog niet aangevangen kan zijn wanneer de opleiding nog bezig is. Bijgevolg zou men ook kunnen concluderen dat u het beding niet kunt inroepen als de werknemer al vertrekt terwijl de opleiding nog aan de gang is. In de praktijk is het echter niet altijd even duidelijk wanneer het attest afgeleverd wordt, soms wordt er zelfs geen afgeleverd; en wat dan bv. met modulaire opleidingen?

Hoe gaat u daar in de praktijk mee om?

Het komt er dus op aan om ervoor te zorgen dat de werknemer pas uit dienst gaat nadat de opleiding beëindigd werd (en hij zijn attest op zak heeft voor zover er een attest mee samenhangt). Nu de duur van de opzegtermijnen in hoofde van bedienden sinds 1 januari 2014 wettelijk vastgelegd zijn, beschikt u echter niet meer over veel onderhandelingsmarge. Probeer toch aan te sturen op een einde van de opzegtermijn dat valt op een datum die na het einde van de opleiding valt. Mits u een aantal toegevingen doet aan de werknemer, bv. “Neem al uw inhaalrust en/of vakantie maar op”, “Je mag van mij ook halve dagen komen werken”, enz. lukt dat misschien. Afhankelijk van de som die u kunt recupereren via het scholingsbeding, bepaalt u zelf hoever u hierin wilt gaan...