Welke ziekteperiodes aftrekken van opzegvergoeding?
Een abonnee had een bediende opgezegd met een opzegtermijn van drie maanden en negen weken die begon op 3 november 2014. Op 9 maart 2015 besloot hij echter om het contract te verbreken en de nog resterende opzegtermijn uit te betalen in de vorm van een opzegvergoeding. Die resterende termijn kwam neer op vier weken plus een verlenging van vier weken wegens ziekte, dus in totaal op acht weken. De bediende was nl. twee weken ziek geweest in december en nog eens twee weken in de eerste helft van februari. “De Wet op het eenheidsstatuut bepaalt sinds kort toch dat het gewaarborgd loon voor ziekte van tijdens de opzegtermijn afgetrokken mag worden van de opzegvergoeding die men moet betalen? Dus moet ik in mijn voorbeeld toch maar acht - vier = vier weken uitbetalen?” , zo vroeg de abonnee ons.
De tekst van de wet
De Wet op het eenheidsstatuut heeft inderdaad een bepaling toegevoegd aan de Wet op de arbeidsovereenkomsten die expliciet in de mogelijkheid voorziet om gewaarborgd loon te ‘recupereren’. Het gaat om art. 37/8: “ In geval van arbeidsongeschiktheid die het gevolg is van een ziekte die of een ongeval dat zich voordoet na de kennisgeving door de werkgever van een ontslag door middel van een opzeggingstermijn, geeft de verbreking van de arbeidsovereenkomst door de werkgever tijdens deze periode van arbeidsongeschiktheid aanleiding tot de betaling van een vergoeding die overeenstemt met de nog te lopen opzeggingstermijn. Voor de berekening van deze vergoeding, wordt de periode gedekt door het gewaarborgd loon dat op basis van deze wet werd betaald in het begin van deze arbeidsongeschiktheid, afgetrokken van de nog te lopen opzeggingstermijn.”
De juiste toedracht ervan
Alleen de ‘lopende’ ziekte. Deze bepaling laat dus toe om gewaarborgd loon voor ziekte te recupereren, wanneer u besluit om te verbreken TIJDENS een periode van ziekte. Zij laat echter helemaal niet toe, wanneer u later zou besluiten om te verbreken, om op dat moment de eerder betaalde periodes van gewaarborgd loon te recupereren. In het voorbeeld van de abonnee kan die bij een verbreking op 9 maart dus geen gewaarborgd loon meer recupereren voor de ziekteperiodes van december en begin februari, ook al deden die zich voor tijdens de opzegtermijn. Mocht hij half februari, terwijl de bediende ziek was, tot verbreking overgegaan zijn, dan had hij die twee weken gewaarborgd loon wel kunnen recupereren (maar die van december ook niet meer).
Wat bij hervalling? In principe gaat het dus om het gewaarborgd loon van de ziekteperiode tijdens dewelke u tot verbreking overgaat. Volgens een interpretatie van de FOD WASO kunnen daar echter toch nog ‘vroegere’ periodes bij komen, voor zover het om een zgn. hervalling gaat. Dit impliceert dat de werknemer na een werkhervatting opnieuw ziek geworden is ten gevolge van dezelfde oorzaak en dit binnen de 14 kalenderdagen. In die veronderstelling mag u alle periodes van gewaarborgd loon die op deze ziekte betrekking hebben, optellen en van de opzegvergoeding aftrekken.
Tip. Op een doktersattest wordt niet (automatisch) vermeld welke de oorzaak van de arbeidsongeschiktheid is. Dat mag zelfs niet, gelet op het beroepsgeheim van de arts. Dat neemt niet weg dat u volgens de rechtspraak wel mag navragen bij de arts of het om dezelfde oorzaak als de vorige keer gaat (o.a. arbh. Bergen, 15.11.1995) .