De nieuwe fiscale regels voor uw beleggingen...

Roerende voorheffing

Verhoging.Dat weet u intussen , er is alweer een verhoging van de roerende voorheffing (rv). Die is sinds 01.01.2016 gestegen van 25% naar 27%. Als u dan bedenkt dat de rv op interesten in 2011 slechts 15% bedroeg...

Voor welke roerende inkomsten? Om te beginnen stijgt de rv op interesten naar 27%. Veel verschil zal het niet maken , maar de verhoging naar 27% is dus in de eerste plaats van toepassing op de interesten van uw zichtrekening.

Tip. De interesten op spaarboekjes blijven tot € 1.880 vrijgesteld van rv. Boven die drempel betaalt u 15% rv. Ook dat uitzonderingstarief blijft  dus.

Andere beleggingen. Ook op de interesten van termijnrekeningen, kasbons en obligaties betaalt u sinds 01.01.2016 27% rv i.p.v. 25%. Ook het uitzonderingstarief voor de volkslening die begin 2014 gelanceerd werd en ‘aangemoedigd’ werd door een rv-tarief van ‘slechts’ 15%, sneuvelt nu en stijgt naar 27%. Hetzelfde geldt voor staatsbons.

Tip. Voor de zgn. Leterme-staatsbons die in december 2011 uitgegeven werden blijft het gunsttarief van 15% van toepassing.

Ook voor dividenden! Ook beleggingsfondsen en trackers vallen onder de hogere rv. De dividenden van de fondsen en trackers worden voortaan dus tegen 27% i.p.v. 25% belast. Tegelijk geldt de hogere rv ook voor de meerwaarden gerealiseerd op fondsen die minstens 25% in vastrentende producten beleggen. Ook residentiële vastgoedbevaks verliezen hun gunsttarief. De rv op de dividenden uit dergelijke vennootschappen stijgt nl. van 15% naar 27%. Het gaat om drie aandelen: Aedifica, Home Invest Belgium en Care Property.

Ook nog... Dividenden van coöperatieve aandelen zijn tot € 190 vrijgesteld van rv. Boven die drempel geldt sinds 01.01.2016 echter eveneens een tarief van 27% rv i.p.v. 25%.

Speculatietaks

Wat? Dat is een nieuwe belasting voor beleggers in beursgenoteerde aandelen. Zij zien m.a.w. niet alleen de rv op hun dividenden stijgen van 25% naar 27%, ze krijgen ook nog eens de ‘speculatietaks’ in hun maag gesplitst . Die nieuwe taks viseert aandelen- of optiebeleggers die hun posities binnen de zes maanden verzilveren.

Hoeveel? Particuliere beleggers betalen sinds 01.01.2016 een taks van 33% op de meerwaarde die ze realiseren, wanneer ze binnen de zes maanden na de aankoop ervan bepaalde financiële instrumenten weer verkopen. De speculatietaks is vooral van toepassing op individuele beursgenoteerde aandelen. Daarnaast vallen ook beursgenoteerde opties, warrants, turbo’s en andere afgeleide producten met beursgenoteerde aandelen als onderliggende waarde, onder de taks.

Uitzonderingen? Fondsen vallen er niet onder. De zgn. rechtspersoonlijkheid speelt daarbij geen rol. Het gaat m.a.w. zowel om gemeenschappelijke beleggingsfondsen als om beleggingsvennootschappen. Ook ETF’s (Exchange Traded Funds) of zgn. trackers zijn vrijgesteld. Eveneens vrijgesteld zijn gereglementeerde vastgoedvennootschappen, obligaties (inclusief converteerbare en gestructureerde obligaties) en afgeleide producten zoals opties met andere onderliggende activa dan beursgenoteerde aandelen zoals valuta’s, grondstoffen en beursindexen.