ONROEREND GOED - VARIA - 09.04.2019

Registratierecht bij optionele verhuur?

Registratierecht op een huurcontract? Dat is inderdaad al jaar en dag het geval. Elk contract voor de verhuur, de onderverhuring of de overdracht van huur van een onroerend goed moet ter registratie worden aangeboden en wordt onderworpen aan een registratierecht van 0,2% (art. 83, lid 1, 1 W.Reg.) . Is het een contract voor bepaalde duur, dan is die 0,2% verschuldigd op de totaliteit van de huurgelden. Is het een contract voor onbepaalde duur, dan is de basis voor die 0,2% gelijk aan de jaarlijkse huur x 10.

Ook voor wie verhuurt onder het optionele btw-stelsel? Principieel wel! Huurder en verhuurder kunnen, zoals u weet, sinds begin 2019 onder bepaalde voorwaarden overeenkomen om een professioneel gebruikt gebouw te verhuren met btw door daar beiden uitdrukkelijk voor te opteren. Er moet in zo’n geval ook een huurovereenkomst opgesteld worden en bijgevolg is ook dat huurcontract principieel onderworpen aan het registratierecht van 0,2%.

Geen uitzondering voorzien? Neen, op dit moment voorziet het Wetboek Registratierechten alleen een vrijstelling van die 0,2% voor contracten van onroerende leasing of financieringshuur (art. 159, 10° W.Reg.) . Een huurcontract dat onder het optionele btw-stelsel valt, is uiteraard geen onroerende leasing en kan dus niet onder die vrijstelling vallen. Bij de invoering van de nieuwe btw-regeling bij de verhuur van onroerend goed is het vrijstellingsartikel voor de onroerende leasing m.a.w. niet aangepast. Ook de recente circulaire van de Btw (circ. 2019/C/25, 21.03.2019) die ingaat op een aantal vragen (FAQ) over het optionele btw-stelsel, zegt hierover niets.

Administratie voorziet toch zelf een aantal toleranties? Dat klopt! De Administratie heeft zelf al voor een aantal huurcontracten bepaald dat er geen 0,2% verschuldigd is, maar slechts het zgn. algemeen vast recht. In concreto is dat het geval voor de verhuur van parkeerplaatsen, de verhuur van opslagruimten (beslissing E.E. 83.039, 18.12.1972; parl. vr. nr. 290, 24.07.2008) en de verhuur van onroerende goederen gelegen in haven- en luchthavengebieden (beslissing E.E. 106.132, 18.06.2014) .

Conclusie? Er is geen vrijstelling voorzien voor huurcontracten onder het optionele btw-stelsel en bijgevolg is de 0,2% verschuldigd, tenzij de Administratie alsnog een bijkomende tolerantie zou voorzien uiteraard...