Een kapitaaluitkering in 2022, hoe zit dat fiscaal?
Fiscale gevolgen voor uw vennootschap
Fiscaal kapitaal. Volgens het vennootschapsrecht heeft een BV geen kapitaal. Wat vroeger het kapitaal heette, staat nu op de balans geboekt als ‘inbreng’. Fiscaal worden (gestorte) inbrengen in geld of in natura echter wel nog (gestort) kapitaal genoemd.
Terugbetaling aftrekbaar? Neen, als uw vennootschap kapitaal uitkeert, is dat geen aftrekbare kost. Met de terugbetaling van inbrengen kunt u dus het belastbare resultaat van uw BV niet verminderen.
Gevolg voor interest. De uitkering van kapitaal vermindert het eigen vermogen van uw BV. Betaalt zij interest aan u, dan kan deze daling tot gevolg hebben dat die interest gedeeltelijk geherkwalificeerd moet worden in een dividend.
Gevolg voor tarief. Heeft uw BV aandelen staan op het actief, dan wordt ze mogelijk door een daling van het eigen vermogen een zgn. financiële vennootschap. Financiële vennootschappen zijn uitgesloten van het verlaagde tarief van de vennootschapsbelasting.
Gevolg voor wederopbouwreserve. Heeft uw BV in het boekjaar 2020 een bedrijfsverlies geleden, dan kunt u voor de boekjaren 2021 tot en met 2023 winst naar een zgn. wederopbouwreserve boeken, die vrijgesteld is van vennootschapsbelasting. Een van de voorwaarden voor de vrijstelling is echter dat u tot aan de dag van de indiening van de belastingaangifte voor een boekjaar waarin u de wederopbouwreserve boekt, geen eigen vermogen mag uitkeren, dus ook geen kapitaal. Een vrijgestelde wederopbouwreserve voor het boekjaar 2021 of 2022 is dus niet mogelijk als uw BV in 2022 kapitaal uitkeert.
Rv inhouden?
Principe. De uitkering van gestort kapitaal wordt in principe fiscaal niet enkel aangerekend op dat gestort kapitaal zelf, maar ook proportioneel op sommige reserves. Op het deel dat aangerekend wordt op het gestort kapitaal moet geen rv ingehouden worden, op de rest wel, aangezien dat deel als een dividend beschouwd wordt.
Praktijk. De regels voor de proportionele aanrekening van de kapitaaluitkering op reserves zijn redelijk complex, maar in de praktijk moet de uitkering vaak niet of nauwelijks op reserves aangerekend worden. De eerste reden daarvan is dat een kapitaalvermindering vooreerst aangerekend wordt op reserves die u in 2013 of 2014 ‘vastgeklikt’ heeft in het kapitaal, en deze reserves worden als gestort kapitaal beschouwd. De tweede reden is dat een kapitaalvermindering niet aangerekend moet worden op liquidatiereserves.
Voorbeeld. Het fiscaal kapitaal van uw BV is € 168.600, nl. € 18.600 gestort bij oprichting en € 150.000 vastgeklikte reserves. Als reserves buiten het kapitaal zijn er enkel liquidatiereserves. Uw BV kan haar kapitaal volledig uitkeren zonder rv.
Voorbeeld 2. Uw BV heeft een gestort kapitaal van € 6.200 en een overgedragen winst van € 25.000. Stel dat u € 5.000 kapitaal uitkeert, dan is daarvan maar € 993,59 (= € 5.000 × (€ 6.200/(€ 6.200 + € 25.000) vrij van rv. De rest, € 4.006,41, wordt aangerekend op de overgedragen winst en daarop moet 30% rv ingehouden worden, of eventueel, mochten de voorwaarden voor de zgn. VVPR-bis vervuld zijn, 20% of 15%.
Voor meer informatie over een kapitaalvermindering ga naar https://www.tipsenadvies.be , Downloadzone, jaargang 14, nr. 8.