Vanaf 1 januari 2024: andere verrekeningswijze vakantiegeld

Vertrekvakantiegeld

Betaald bij uitdiensttreding. De werknemer krijgt bij zijn uitdiensttreding het vakantiegeld voor nog niet opgenomen vakantiedagen van het lopende jaar. Daarnaast heeft hij ook recht op het enkel en dubbel vakantiegeld voor de opgebouwde vakantie van het volgende jaar.

Voorbeeld. Een bediende gaat uit dienst in november 2023. Hij zal dan het enkel vakantiegeld voor de nog niet opgenomen vakantiedagen in 2023 ontvangen (vakantiejaar). Daarnaast heeft hij in 2023 (vakantiedienstjaar) vakantiedagen opgebouwd die hij in 2024 zal opnemen. Daarvoor ontvangt hij enkel en dubbel vakantiegeld.

Verrekening bij nieuwe werkgever. Het vertrekvakantiegeld staat vermeld op het vakantieattest. Dat attest moet u opvragen bij uw nieuwe bediende. Dat moet u dan verrekenen met het vakantiegeld dat uw nieuwe bediende ontvangen had als die het voorafgaande jaar (2023) bij u gewerkt zou hebben.

Tot nu toe in mei/juni. De aftrek gebeurde tot nu meestal op een vast tijdstip (maanden mei/juni of bij indiensttreding). Bedienden bij wie dat moest gebeuren, hadden dan in die maand soms haast geen loon meer of zelfs een negatieve loonbrief.

Twee keer verrekenen vanaf 2024

Enkel vakantiegeld: telkens hij vakantie neemt. Het vertrekvakantiegeld dat bestaat uit het ‘loon’ tijdens vakantiedagen (enkel vakantiegeld) zal voortaan (KB 28.09.2023) verrekend worden wanneer een werknemer een of meerdere vakantiedagen opneemt.

Concreet. Bij de opname van een vakantiedag waarvoor de werknemer een vakantieattest heeft, betaalt u voortaan maar een beperkt dagloon. U trekt met name per opgenomen vakantiedag 90% af van het brutodagloon. Met andere woorden, de bediende ontvangt voor elke opgenomen vakantiedag 10% van zijn brutodagloon.

Let op! Dat geldt enkel voor wettelijke vakantiedagen opgebouwd door prestaties bij een vorige werkgever. U moet vanaf 2024 dus een onderscheid maken tussen ‘vakantiedagen op basis van een vakantieattest’ en ‘vakantiedagen op basis van prestaties bij de huidige werkgever’.

Correctie verrekenen in december. Een tweede keer moet u in december van elk jaar nagaan of een correctie nog nodig is. Eventueel moet u dan nog het saldo van het vertrekvakantiegeld betalen of een inhouding doen. Als u een bijkomende inhouding moet doen, gebeurt dat op het loon van de maand december. Inhoudingen op het loon mogen maximaal 20% van het nettoloon bedragen. Zo niet moet u die inhouding dus over twee maanden spreiden. In één keer het bedrag inhouden kan mits akkoord.

Vakantieattest. Op het vakantieattest moeten de nieuwe regels uitdrukkelijk vermeld worden vanaf 2024. De sociale partners werken aan een nieuw model. De bediende krijgt de mogelijkheid om informatie over de berekening op te vragen.

Opgelet met dubbel vakantiegeld! Voor de verrekening van het dubbel vakantiegeld (92% van het maandloon) verandert er niets. Dat wordt nog altijd in één keer verrekend op een vast tijdstip (maanden mei/juni of bij indiensttreding).

Enkel voor bedienden. Voor arbeiders wijzigt er niets.