BTW-PLICHT - BTW-VRIJSTELLINGEN - 05.03.2024

Is een btw-vrijstelling verplicht of heb je een keuze?

Kunt u verzaken aan de toepassing van de vrijstellingen van art. 44 W.Btw en toch btw rekenen over de betreffende prestaties, of heeft u ter zake helemaal geen keuze? Wat moet u daarover weten?

Is een btw-vrijstelling een keuze of een verplichting?

Over welke btw-vrijstellingen gaat het precies?

Prestaties van art. 44 W.Btw. Dat zijn kortweg prestaties die principieel onderworpen zijn aan btw, maar er desalniettemin van worden vrijgesteld. Concreet betekent dit dat wie dergelijke prestaties verricht, strikt gezien wel een btw-plichtige is, maar niettemin toch geen btw moet aanrekenen op zijn prestaties.

Zonder recht op aftrek? Inderdaad, dat is natuurlijk altijd de keerzijde van de medaille. Prestaties die vrijgesteld zijn van btw genereren geen recht op aftrek van btw. Voor die prestaties kan de btw op de inkomende facturen die daarop betrekking hebben m.a.w. niet gerecupereerd worden.

Welke prestaties concreet? Dat zijn de min of meer gekende vrijstellingen van art. 44 W.Btw Concreet gaat het dan o.m. om prestaties van (para)medische beroepen met een therapeutisch doel, bepaalde vormen van onroerende verhuur, artiesten die handelen in opdracht van een organisator, verzekeringsverrichtingen, financiële diensten, onderwijs, bepaalde prestaties verricht door instellingen zonder winstoogmerk (zoals sportclubs, musea, ziekenhuizen, woonzorgcentra, enz.).

Let op! Worden naast de vrijgestelde prestaties van art. 44 W.Btw ook diensten of leveringen verricht waarvoor deze vrijstelling niet geldt en waarover dus in principe effectief btw verschuldigd is, dan wordt men beschouwd als een gemengde btw-plichtige. De btw-aftrek van zo’n gemengde btw-plichtige is natuurlijk ook niet volledig, maar zal worden beperkt volgens ofwel de regel van het algemeen verhoudingsgetal, ofwel de regel van het werkelijk gebruik (art. 46 W.Btw) .

Keuze of niet?

Principieel geen keuze! Dat is dus duidelijk! Valt men onder de toepassingsvoorwaarden van een of andere vrijstellingsbepaling van art. 44 W.Btw, dan is men verplicht die vrijstelling toe te passen. Er mag dan effectief geen btw aangerekend worden over de vrijgestelde prestaties.

Waarom zou men een keuze willen? Uiteraard om zo een recht op aftrek te genereren, maar die vlieger gaat dus niet op. Er is geen keuzemogelijkheid om te verzaken aan de vrijstelling en toch btw aan te rekenen om zo het recht op aftrek te kunnen uitoefenen.

Wat indien toch btw aangerekend? Dan ontstaat er een bijzondere situatie. Wordt er nl. toch btw aangerekend terwijl dat dus niet hoefde, dan is die btw toch verschuldigd. Die btw moet dan m.a.w. toch doorgestort worden aan de schatkist. Bovendien kan de medecontractant de btw niet in aftrek brengen (art. 51, §1, 3° W.Btw) . Onterecht betaalde btw is nu eenmaal niet aftrekbaar.

Toch een keuze in twee gevallen! Elke regel kent uitzonderingen en dat is hier ook niet anders. In twee gevallen bestaat er wel een keuzemogelijkheid, nl. in geval van toepassing van de optionele btw-heffing bij onroerende verhuur en in hoofde van artiesten-rechtspersonen.

Optionele verhuur met btw is wel een keuze

Verhuur van onroerend goed is principieel vrij van btw

Vrijstelling. Dat is het gekende algemene principe. De verhuur van een onroerend goed, zoals een stuk grond, een appartement, een kantoorruimte, een fabriekspand, enz., is principieel vrijgesteld van btw (art. 44, §3, 2° W.Btw) .

Geen recht op aftrek! Dat is logisch natuurlijk. De verhuurder rekent immers geen btw aan op de huurprijs, en dus kan hij de btw die hij betaald heeft op de aankoop of oprichting van het pand en op onderhouds- en herstellingswerken aan het pand niet recupereren.

Niet altijd vrijgesteld! Er bestaan inderdaad een aantal uitzonderingen waarbij er dus wel btw verschuldigd is over de gevraagde huurprijs, maar dat is dan ook verplicht. Ook dan is het dus geen keuze!

Concreet. Dat is onder meer het geval voor de verhuur van garages en parkings, de verhuur van kampeerplaatsen, de kortdurende verhuur (maximaal zes maanden) aan commerciële ondernemingen, de verhuur van magazijnen aan particulieren en de onroerende financieringshuur.

Het optioneel stelsel is wel een keuze

Soms wel een keuze! Naast deze verplichte uitzonderingen, kunnen huurder en verhuurder onder bepaalde voorwaarden ook kiezen voor de toepassing van het btw-stelsel. In dat geval opteren de partijen er zelf voor om de huurprijs aan btw te onderwerpen.

Alleen btw-plichtige huurder? Inderdaad. Het optioneel btw-stelsel kan alleen maar toegepast worden als de huurder een btw-plichtige is die de goederen uitsluitend gebruikt in het kader van zijn economische activiteit die hem de hoedanigheid van btw-plichtige verleent.

Alleen voor ‘nieuwe gebouwen’. Meer specifiek worden hiermee gebouwen bedoeld waarbij vóór 1 oktober 2018 nog geen btw opeisbaar is geworden op werken die hebben bijgedragen tot de oprichting van het gebouw. Intussen zijn die gebouwen nu natuurlijk ook al een aantal jaren oud.

Tip. Voor magazijnen moet het niet gaan om een nieuw gebouw om onder het optioneel btw-stelsel te kunnen vallen. Ook reeds bestaande gebouwen komen daarvoor in aanmerking.

Duidelijke instemming van beiden! Beide partijen, dus huurder en verhuurder, moeten duidelijk akkoord gaan met de btw-optie. De ene kan het dus niet zomaar opleggen aan de andere. Voor het uitoefenen van die optie heeft men de keuze tussen een afzonderlijke verklaring of een specifiek op te nemen clausule in het huurcontract (KB nr. 10, art. 7quater) .

Ook artiesten hebben een keuze!

Principiële vrijstelling indien de artiest in opdracht optreedt

Ook principieel vrijgesteld? Jawel! De prestaties van uitvoerende artiesten zijn vrijgesteld van btw als ze worden verricht in opdracht van een organisator van een event of van een maker van films (art. 44, §2, 8° W.Btw) .

Wanneer ben je artiest? Voor de Btw is een uitvoerend artiest ‘iedere persoon die daadwerkelijk deelneemt aan de uitvoering van dramatische, muzikale of choreografische werken, of circus- of musichall voorstellingen’.

Acteurs, enz.? Inderdaad. Het gaat bv. om de acteur, de orkestleider, de muzikant, de zanger, de danser, de figurant, de cabaretier, de variétéartiest, de circusartiest, de presentator en iedere persoon die in een rol of een nummer van een toneelwerk, een ballet, een film, een ontspanningsprogramma, enz. optreedt (parl.vr. nr. 1465 van de heer Bihet van 03.05.2023) .

Tip! Ook de prestaties van een dj die optreedt in opdracht van een organisator van een event, zijn vrijgesteld van btw.

Keuzemogelijkheid voor de artiest-rechtspersoon

Ook vrijgesteld, maar keuze! Voor een artiest in een vennootschap geldt die btw-vrijstelling in principe dus ook, maar de Btw aanvaardt dat de artiest-rechtspersoon kan verzaken aan die vrijstelling (Informaties en mededelingen AOIF-Btw, 18.07.2006) . De artiest-rechtspersoon heeft dus de keuze: hij kan ofwel de btw-vrijstelling toepassen, ofwel btw aanrekenen.

Hoeveel btw dan? Kiest de artiest in vennootschap voor de toepassing van btw, dan rekent hij in principe 6% btw aan op zijn prestaties (KB nr. 20, Bijlage, Tabel A, XXIX) en kan hij uiteraard ook de btw op zijn inkomende facturen volgens de normale regels recupereren.

Btw vrijstellingen zijn principieel verplicht. Men kan er m.a.w. niet aan verzaken om zo een recht op aftrek te creëren. Alleen bij de optionele verhuur met btw gaat het wel duidelijk om een keuzemogelijkheid. Ook een artiest die in vennootschap zit heeft de keuze om met 6% btw te factureren, of te kiezen voor de vrijstelling.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878