FRANKRIJK - 01.06.2006

The French Connection

Een buitenverblijf in Frankrijk wordt dikwijls voor een stuk gekocht met geld dat op een Luxemburgse rekening stond. Het gaat wel niet om zwart geld, maar veilig­heidshalve wilt u dit op een discrete manier investeren in een Frans onroerend goed zonder al te veel in de kijker te lopen bij de fiscus, die dan misschien allerlei vragen komt stellen…

Informatie-uitwisseling. Tussen de Franse en de Belgische fiscale admi­nistra­ties wordt er nu inderdaad op permanente basis informatie uitgewisseld over Belgen die in Frankrijk een onroerend goed bezitten. Wie vroeger een huis kocht in Frankrijk kon rekenen op de laksheid van de Franse administratie; er werd immers nauwelijks iets gemeld aan de Belgische fiscus. Alleen de ambte­naren uit het departement Var (regio Provence-Alpes-Côte d’Azur) stonden bekend om hun ijver. Vandaag de dag kan het Franse ministerie van Financiën met trots melden dat het niet minder dan 48.930 Belgische bezittingen heeft geregistreerd. Wie dus Luxemburgse euro’s wil gebruiken om een Franse villa te kopen zou dus onderweg weleens de Bel­gische fiscus kunnen ontmoeten.

Lenen? U zou natuurlijk ook een lening kunnen nemen. U koopt het pand in eigen naam en u leent daarvoor zoveel mogelijk. De bankier zal echter wel altijd vragen dat u een deel met eigen middelen betaalt. Onnodig te zeggen dat u de herkomst van die eigen middelen moet kunnen uitleggen aan de fiscus als die daarnaar vraagt. Een tweede probleem is de waarborg voor de lening. Een hypotheek krijgen zal moeilijk zijn omdat het voor Belgische banken onmogelijk is een hypotheek te nemen op een onroerend goed in Frankrijk. Als alternatief kunt u effecten of geld in pand geven, maar ook dat is niet evident. Bij een controle zal de fiscus willen weten waar het geld dat volgens de leningovereenkomst dienst doet als waarborg vandaan komt. Een levensverzekering bij een Franse maatschappij biedt evenmin soelaas als waarborg. Ook daar zal er in de leningovereenkomst immers een link gelegd worden met de levensverzekering en hoe die op haar beurt gefinancierd werd.

Société Civile Immobilière (S.C.I.). Vrij vertaald: een burgerlijke immo­vennootschap. Dit is een vennootschap naar Frans recht die geen directe tegenhanger heeft in ons land en die onmiskenbaar een aantal troeven bezit. Er is om te beginnen geen minimumkapitaal vereist. U kunt dus een S.C.I. oprichten met een kapitaal van € 100. Er is geen verplichting tot het voeren van een boek­houding en er moet ook geen jaarrekening neergelegd worden. Dus als u geld zou overschrijven van Luxemburg naar een Franse S.C.I., dan zou dat maar in één boekhouding staan, die van de bank. Voor de rest hoeft niemand daar iets van te weten. Er moet wel een verklaring afgelegd worden over huurinkomsten bij de Franse fiscus. Zijn er geen huurinkomsten, dan betaalt de S.C.I. eenvoudig­weg geen belastingen. Tot slot heeft u vrije keuze wat betreft het adres van de maatschappelijke zetel. Dat moet dus niet het adres van de villa in Juan-les-Pins zijn, het kan evengoed het adres zijn van een fiduciaire in Metz.

In België zal de fiscus van het bestaan van uw S.C.I. afweten en hij zal ook weten dat u aandeelhouder bent in het kapitaal van de S.C.I. Maar zoals u net kon lezen hoeft dat laatste geen probleem te zijn. De hamvraag is dan: kan de ­fiscus u vragen stellen over de bezittingen en schulden van de S.C.I.? Het antwoord vinden we in de Franse fiscale wetgeving. De procedure voor het controleren van een S.C.I. verloopt uitsluitend tussen de S.C.I. zelf en de Franse administratie. De Belgische fiscus kan en mag u dus geen vragen stellen over het patrimonium van de S.C.I. en hoe die gefinancierd is, hij moet zich beperken tot uw rol als aandeelhouder. Wil hij meer weten over het reilen en zeilen van de S.C.I., dan moet hij zich wenden tot zijn Franse collega.

Intussen in Frankrijk... Een Franse vennootschap met zetel in Metz bezit een villa in Juan-les-Pins. Op zich is daar niets mis mee, dat is een gezellig Frans onderonsje. De Franse fiscus heeft dus ook niets te melden aan zijn ­Belgische collega over bezittingen van onroerend goed of iets dergelijks. En mocht de Franse fiscus een verzoek krijgen uit België om een bepaalde S.C.I. onder de loep te nemen, dan zal hij daar ook niet veel wijzer van worden. Zolang de S.C.I. voldoet aan haar verplichting om een verklaring af te leggen over de huurinkomsten, is de Franse fiscus immers tevreden en is er geen reden voor verder onderzoek. Trouwens, als er geen boekhouding is, kan men moeilijk een boekhouding controleren.

Conclusie. Is de S.C.I. hét vehikel om in alle discretie iets in Frankrijk te kopen? Mogelijk, maar dat wil nog niet zeggen dat u roekeloos moet worden. Een S.C.I belooft geen volledige anonimiteit en misschien voeren de Franse en Belgische fiscale administraties hun samen­werking in de toekomst nog op of worden er wetten gewijzigd. U heeft er dus nog steeds alle belang bij om in detail al uw bezittingen en inkomsten in België te kunnen verantwoorden.

Via een Franse Société Civile Immobilière (S.C.I.) kunt u onroerend goed be­zitten in Frankrijk zonder dat u aan de Belgische fiscus hoeft uit te leggen hoe u de aankoop daarvan gefinancierd heeft en waar het geld vandaan komt. De Bel­gische fiscus weet wel dat u aandeelhouder bent van deze vennootschap, maar een S.C.I. heeft geen enkele verplichting tot het voeren van een boekhouding of het openbaar maken van haar cijfers, noch om een minimumkapitaal te hebben bij de oprichting.

Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878