ACTUALITEIT - BELASTINGEN - 11.04.2024

Wanneer is de huurkost van uw vennootschap van 2023 fiscaal aftrekbaar?

Een wet van 28 december 2023 voert twee nieuwe voorwaarden in voor de aftrek van beroepsmatige huur, en dat al vanaf aanslagjaar 2024! Wat moet u daarover weten?

Voorafgaandelijk

Aftrek van huur

Huurt uw vennootschap een onroerend goed voor beroepsgebruik, dan maakt de huur in principe aftrekbare beroepskosten uit (art. 52, 1° WIB 92) . Tot nu toe volstond het voor de aftrek dat de algemene voorwaarden inzake beroepskosten vervuld waren (art. 49 WIB 92) .

Belasting van huur bij de verhuurder

Wanneer een vennootschap een onroerend goed verhuurt, is altijd de nettohuur belastbaar, ongeacht het gebruik dat de huurder van het goed maakt. Wanneer de verhuurder echter een natuurlijk persoon is, wordt hij maar belast op de nettohuur (= werkelijk ontvangen huur – kostenforfait) als de huurder een vennootschap is of een natuurlijk persoon die het onroerend goed gebruikt voor zijn beroepsactiviteit. Anders is niet de nettohuur belastbaar, maar slechts het geïndexeerd kadastraal inkomen (ki) × 1,4.

Niet altijd juist aangegeven bij privéverhuurder

De fiscus heeft vastgesteld dat in geval van huur door een vennootschap of een persoon die het onroerend goed voor zijn beroepsactiviteit gebruikt, de verhuurder die handelt als natuurlijk persoon niet altijd de nettohuur aangeeft, maar soms enkel het ki × 1,4. Om de controle te verbeteren, gelden vanaf aanslagjaar 2024 (boekjaar 2023 of 2023-2024) nieuwe voorwaarden voor de aftrek van huur als beroepskosten (art. 53, 33° WIB 92) .

Vanaf aanslagjaar 2024 twee extra voorwaarden voor de aftrek!

Voorwaarde 1: bijlage nr. 270 MLH bij de aangifte

Huurt uw vennootschap een onroerend goed, dan moet ze voortaan bij de belastingaangifte een bijlage (270 MLH) voegen met:

  • de identiteit van de verhuurder(s) of degene(n) die een opstalrecht, een recht van erfpacht of een ander zakelijk gebruiksrecht verleent (verlenen);
  • het adres van het onroerend goed;
  • het bedrag van de huur die u in het inkomstenjaar of boekjaar betaald of toegekend heeft; en
  • het deel ervan dat u als beroepskosten in aftrek neemt (art. 307, §2/2 WIB 92) .

Zonder die bijlage is de huur niet aftrekbaar(art. 53, 33°, a) WIB 92). De verplichting om die bijlage bij de aangifte te voegen, gaat al in vanaf aanslagjaar 2024 (inkomstenjaar 2023).

Let op 1! U zal de bijlage in principe ook bij de aangifte moeten voegen als de verhuurder een vennootschap of andere rechtspersoon is.

Let op 2! De bijlage is niet enkel verplicht voor huurvergoedingen, maar ook voor vergoedingen voor een recht van opstal, erfpacht of vruchtgebruik die in het betrokken inkomsten- of boekjaar als beroepskosten ingebracht zijn.

Uitzondering. Naar analogie met wat geldt voor de fiches 281.50 (art. 57, lid 3 WIB 92) moeten de bovengenoemde inlichtingen niet verstrekt worden wanneer de (huur)vergoeding verbonden is aan een levering van goederen of diensten verricht in de EER, waarvoor een factuur of vervangend document opgesteld werd (art. 307, §2/2, lid 4 WIB 92) . In dat geval moet bijlage nr. 270 MLH niet ingediend worden (BS 14.03.2024) .

Voorwaarde 2: geen kosteloze registratie van huurovereenkomst

Normaal gezien moet op het totaalbedrag van de huur en op de huurvoordelen van een huurovereenkomst 0,2% registratierechten betaald worden (art. 83, lid 1, 1° W.Reg.) , maar voor woninghuur is de registratie kosteloos (art. 161, 12°, a) en b) W.Reg.) .

De aftrek van huurgelden is hoe dan ook niet meer toegelaten indien de huurovereenkomst kosteloos geregistreerd werd, omdat het onroerend goed uitsluitend bestemd is voor de huisvesting van een gezin of van één persoon. Dezelfde uitsluiting geldt voor de huur van een buitenlands onroerend goed waarvan de huurovereenkomst in België kosteloos geregistreerd had kunnen worden als het een Belgisch onroerend goed geweest was (nieuw art. 53, 33°, b WIB 92) . Die maatregel is genomen ter bescherming van de verhuurder tegen huurders die in weerwil van de huurovereenkomst de huur toch als beroepskosten zouden willen inbrengen, met als gevolg dat de verhuurder zwaarder belast wordt op de huurinkomsten.

Die uitsluiting geldt dan weer niet als het onroerend goed uitsluitend gehuurd wordt voor de huisvesting van een of meer werknemers of bedrijfsleiders (en hun gezin) ingevolge een wettelijke of contractuele verplichting.

Ga naar uw online artikel en download formulier nr. 270 MLH.

  • Huur of opstal-, erfpacht- en vruchtgebruikvergoedingen zijn vanaf aanslagjaar 2024 (in principe inkomstenjaar 2023!) geen aftrekbare beroepskosten meer voor uw vennootschap als u geen bijlage nr. 270 MLH bij de aangifte vennootschapsbelasting voegt of als het huurcontract kosteloos geregistreerd is. De registratierechten bedragen 0,2% op het totaal van de verschuldigde huur en lasten.
  • De fiscus krijgt daardoor ook gemakkelijker zicht op vruchtgebruikconstructies en opstalrechten. Nieuwe gerichte controleacties zijn niet denkbeeldig.


Uw volgende stap


Contactgegevens

Larcier-Intersentia | Tiensesteenweg 306 | 3000 Leuven

Tel.: 0800 39 067 | Fax: 0800 39 068

contact@larcier-intersentia.com | www.larcier-intersentia.com

 

Maatschappelijke zetel

Lefebvre Sarrut Belgium NV | Hoogstraat 139 - Bus 6 | 1000 Brussel

RPM Bruxelles | TVA BE 0436.181.878