Is ‘cash for car’ een waardig alternatief voor salariswagens?

Salariswagen: fiscaal snoepje!

Belastbaar voordeel werknemer

Op 1 januari 2018 kreeg Jan van zijn werkgever een Audi A6 Avant (2.0 tdi Ultra 110 kW S tronic Business Edition) ter beschikking met een cataloguswaarde (incl. btw) van € 46.815 en een CO₂ -uitstoot van 115 g/km. Jan wordt belast op een voordeel alle aard (VAA) berekend volgens de door u wel gekende onderstaande formule:

Gedurende de leasetermijn van vier jaar zal Jan als volgt belast worden:

1. We veronderstellen dat het VAA onderworpen is aan het tarief van 53,5% in de personenbelasting.

Kosten ten laste van de werkgever

De jaarlijkse leaseprijs voor deze wagen (incl. de niet-aftrekbare btw) bedraagt € 11.064, waarvan € 720 aan interesten. Daar komt jaarlijks nog eens € 2.232 aan brandstof en een CO₂ -bijdrage van € 552,72 bovenop. In totaal maakt dat dus € 13.848,72.

Verworpen uitgaven (VU)

De huur (excl. interesten) is voor de vennootschap voor 80% aftrekbaar en de brandstofkosten voor 75%. Vanaf 2020 zal de aftrekbaarheid echter dalen naar 62,5%. Ook de brandstofkosten zullen vanaf 2020 aftrekbaar zijn in functie van de CO₂ -uitstoot, dus voor 62,5%. Doordat Jan ook de brandstofkosten voor zijn privékilometers mag inbrengen, moet de werkgever bovendien 40% van het VAA als VU aangeven in de vennootschapsbelasting. In onderstaande tabel geven we een overzicht van hoeveel VU deze bedrijfswagen voor de vennootschap meebrengt gedurende de hele leasetermijn.

Tip.  De fiscus aanvaardt dat men het bedrag van het VAA in mindering brengt van de niet-aftrekbare autokosten (Ci.RH. 243/633.725, 15.07.2014) . 30% van het VAA wordt geacht betrekking te hebben op de brandstofkosten en 70% op de andere autokosten. Zo kan men bv. voor 2018 € 252.80 (€ 3.370,68 x 30% x 25%) in mindering brengen van de VU voor de brandstof en € 471,90 (€ 3.370,68 x 70% x 20%) van de andere autokosten.

Verlaging vennootschapsbelasting: 2 fasen

Zoals u weet, bedraagt het gewone tarief van de vennootschapsbelasting (wet 25.12.2017, BS 29.12.2017) voor aanslagjaar 2019 (boekjaar 2018) 29,58% en daalt het naar 25% vanaf 2020 (aanslagjaar 2021). Mits voldaan aan een aantal voorwaarden bedraagt het kmo-tarief sinds 2018 (aanslagjaar 2019) 20,40% (vanaf 2020 zelfs 20%) voor de eerste € 100.000 belastbare winst; daarboven is het gewone tarief van toepassing.

Nettokosten van de bedrijfswagen

De belasting die de vennootschap uitspaart door het ten laste nemen van de leasewagen (volgens het normale tarief) bedraagt:

Dat brengt de nettokosten van de leasewagen (na vennootschapsbelasting) voor de werkgever op:

‘Cash for car’ als alternatief?

Wat indien Jan ‘cash for car’ gekozen had?

Stel dat de werkgever van Jan aan het personeel de mogelijkheid biedt om voor ‘cash for car’ te kiezen. Wat zou dit dan voor hem en zijn werkgever betekenen op financieel vlak? De mobiliteitsvergoeding berekent men met volgende formule:

1. De cataloguswaarde is de waarde die u eveneens gebruikt voor het bepalen van het VAA (art. 36, §2, lid 2 WIB 92) . De cataloguswaarde wordt jaarlijks geïndexeerd.

Jan zou dus een jaarlijkse brutovergoeding krijgen van € 9.630,51 (€ 46.815 x 24% x 6/7).

Let op!  Indien Jan voor de ingeruilde wagen een eigen bijdrage betaalde, dan moet men die bijdrage in mindering brengen van de mobiliteitsvergoeding.

Tip.  Het is de bijdrage die hij betaalde de laatste maand voor de inlevering. Indien men dus tijdig de bijdrage omzet in een VAA, moet men niets in mindering brengen.

Hoeveel ‘cash’ krijgt Jan dan netto?

Jan wordt belast op een forfaitair vastgelegd VAA volgens onderstaande formule:

Het bedrag van de mobiliteitsvergoeding dat het VAA overschrijdt, is een vrijgesteld inkomen.

Tip.  Indien Jan voor de ingeruilde wagen een eigen bijdrage betaalde, dan moet men die bijdrage in mindering brengen van bovenstaand VAA.

Jan zal belast worden op een VAA van € 1.605,09 (€ 46.815 x 4% x 6/7). Tegen een tarief van bv. 53,5% zal hij per jaar slechts € 858.72 aan personenbelasting betalen, wat bv. voor 2018 € 944,59 (€ 1.803,31 - € 858,72) minder is dan in het geval hij zijn bedrijfswagen zou houden. Bovendien bedraagt de netto mobiliteitsvergoeding van Jan € 8.771,79 (€ 9.630,51 - € 858.72). In totaal heeft Jan voor 2018 dus een budget van € 9.716,38 (€ 944,59 + € 8.771,79) ter beschikking bij inlevering van zijn bedrijfswagen.

CO₂ -taks en verworpen uitgaven

De CO₂ -taks zoals die bepaald werd voor de inlevering van de wagen, blijft verschuldigd en is ook hier 100% aftrekbaar. Ook de regel dat 17% of 40% van het VAA, VU zijn (afhankelijk van het feit of de brandstofkosten verbonden aan de privékilometers ten laste genomen werden door de werkgever), blijft van toepassing, maar wordt voortaan berekend op het VAA van de mobiliteitsvergoeding.

De mobiliteitsvergoeding is voor 75% aftrekbaar. Bij wijze van overgangsmaatregel blijft tot 31 december van het eerste kalenderjaar volgend op het jaar van omruiling van de bedrijfswagen, het tarief van de aftrekbaarheid van de vergoeding voor de werkgever behouden op het tarief van de aftrekbaarheid van de beroepskosten, andere dan brandstof, zoals van toepassing op de omgeruilde bedrijfswagen. Het aftrekpercentage kan wel niet lager zijn dan 75% en niet hoger dan 95%. De VU m.b.t. de mobiliteitsvergoeding van Jan bedragen dus:

Nettokosten van de mobiliteitsvergoeding

De bespaarde belastingen voor de werkgever van Jan bedragen...

... en dat brengt de nettokosten van de mobiliteitsvergoeding op:

Let op!  Netto bespaart de werkgever voor 2018 bijna € 2.878, maar hij zal zijn werknemer ook nog moeten vergoeden voor zijn beroepsmatige kilometers, die hij voortaan met zijn eigen wagen zal rijden.